Doorgaan naar artikel

Droogte en hitte: wat leert de melkveehouder er van?

De lange periode van droogte en hitte afgelopen zomer zorgde voor een lagere productie van ruwvoer en melk. Ook op de wat langere termijn gaan melkveehouders de gevolgen ondervinden. Houd daarom de gezondheid van je koeien en kalveren de komende maanden in de gaten.

De zomer van 2018 gaat de boeken in als extreem droog en met veel hete dagen. Wat betreft droogte kwamen vooral bedrijven op zandgronden in het Oosten, Zuidoosten en de Waddeneilanden er slecht af. In de stallen bepaalden de kwaliteit van huisvesting en het management de gevolgen van hitte. Verschillen tussen bedrijven leveren ervaringen op voor toekomstige periodes van droogte en hitte.

Tienduizenden euro’s schade per bedrijf

Directe schade in de productie en kwaliteit van ruwvoer kan volgens Leo Tjoonk, kenniscoördinator ruwvoerteelt bij Agrifirm, oplopen tot tienduizenden euro’s per bedrijf. Daarnaast worden vaak extra kosten gemaakt voor door- en herzaai van de grasmat. “Beregenen kan daarom in zulke jaren zeker uit.”

Melkveehouders hadden vooraf gemiddeld een royale ruwvoervoorraad, waardoor het gros die kan aanspreken om het verlies aan opbrengst te compenseren. Een deel, Tjoonk schat zo’n 20%, moet wel ruwvoer aankopen. Ook bedrijven die niet aankopen zien hun voorraad slinken en dat kost indirect geld.

Verder kost gras en mais met lagere voederwaarde zonder (voer)maatregelen productie. Extra krachtvoeders en bijproducten maken de voerkosten dit jaar hoger. Als een bedrijf met 100 koeien 1 kilo extra krachtvoer nodig heeft, geeft dat bij het huidige prijsniveau een verhoging van voerkosten met € 9.000. Daar komt bij dat mengvoeders en bijproducten meeliften met de hogere grondstoffenprijzen en kosten dus verder stijgen.

Verschillen tussen percelen

Als tropisch gewas moet mais goed tegen hitte kunnen maar het gebrek aan water werd de plant funest. De verschillen tussen maispercelen zijn groot: van niks waard door verdroging en ontbreken van een kolf tot een gemiddelde opbrengst en kwaliteit. Grondsoort en hoeveelheid neerslag zijn bepalend maar ook de vroegheid van zaaien en of er beregend is, maakten op de gevoelige percelen het verschil.

Agrifirm rekent met een lagere opbrengst van 5 tot 30% per hectare. Ook de voederwaarde is lager als de maiskolf niet goed is ontwikkeld. De eerste uitslagen van Eurofins Agro laten voor (verdroogde) mais 850 VEM zien met 20 tot 30% droge stof. Zetmeel is slechts 80 gram per kilo droge stof, vele malen minder dan normaal. Het suikergehalte is met 150 gram wel hoog.

De graszode herstelt na regenval en lagere temperaturen zichtbaar snel. Echter, er zijn gebieden waar nog nauwelijks water is gevallen en herstel langzamer gaat. De meeste melkveehouders missen 2 of 3 snedes. Dat kost dit jaar al gauw 5 tot 6 ton droge stof per hectare. Volgens Eurofins Agro heeft de tweede snede slechts 860 tot 880 VM per kilo droge stof. Kuilen gemaakt in juli gaan richting 60% droge stof. Hoeveel snedes ze nog kunnen winnen hangt af van het verloop van het najaar.

Een weer groene grasmat betekent niet dat de kwaliteit hetzelfde is als voor de droogte. Onkruiden als kweek, paardenbloem en ridderzuring gedijen goed bij droogte en als gras niet groeit.

Jonge weilanden hebben minder schade dan oudere. Dat komt volgens Pieter Vos, accountmanager/grasspecialist bij Barenbrug, doordat jonge grassen vitaler en dieper wortelen. Schade is door beregenen beperkt, maar bij veehouders die te vroeg beregenen, stopt de wortelgroei. “Raaigrassen zijn als het ware lui. Als ze in de bovenste laag water vinden gaan ze niet verder de grond in.”

Ook het grassenmengsel maakt verschil; rassen als Timothee en met name Rietzwenkgras wortelen dieper en zijn minder gevoelig dan raaigrassen. In veel gevallen is doorzaai nodig. Bij te veel kweek en andere onkruiden is herinzaai de beste oplossing. Engerlingen kunnen de komende maanden nog voor problemen zorgen.

Effect hittestress op koe hangt af van stal

Het effect van hoge temperaturen of hittestress op koeien is sterk afhankelijk van de stal. Met name ruimte, isolatie, ventilatie en eventueel koeling maken het verschil. Joris van Laerhoven, specialist veestapelmanagement CRV, verwacht dat de gevolgen in het algemeen meevallen. “De luchtvochtigheid was laag, waardoor de koeien er minder last van hadden. En tot de laatste weken van de hitteperiode zijn nachten relatief koud geweest.”

Hou houd je koeien gezonde tijdens een hitteperiode?

In stallen die in orde zijn en melkveehouders die wat meer aandacht hadden, is de negatieve impact van hitte beperkt gebleven. Dit zijn 6 leerpunten die de hitteperiode heeft opgeleverd.

  • Zorg in de stal voor een goed klimaat. In deze stallen zijn melkproductie en vruchtbaarheid beter op peil gebleven. Let daarbij op voldoende ventilatie/luchtverplaatsing, ruimte, isolatie en geen directe lichtinval bij ligplaatsen. 
  • Koel de binnenkomende lucht een paar graden. Hogedrukverneveling is in opkomst en er zijn goede resultaten mee geboekt. 
  • Gebruik detectiemiddelen om onder moeilijke omstandigheden tocht waar te nemen. Zo blijven vruchtbaarheidskengetallen stabieler. 
  • Houd koeien binnen of laat ze alleen ’s nachts naar buiten. Weidegang is ondergeschikt aan de bescherming die een (goede) stal kan bieden. 
  • Besteed aandacht aan voldoende en schoon water, zowel binnen als buiten. Voer liever een keer vaker dan minder per dag, zodat voer vers en fris blijft. 
  • Vergeet kalveren en het jongvee niet. Zo zijn kalverhutten in de zon enorm heet geworden met alle negatieve gevolgen van dien.

Voeropname koe daalt bij hogere temperaturen

Het probleem van de hoge temperaturen is dat de voeropname daalt en koeien zich minder vitaal voelen. Ook neemt het risico op pensverzuring toe. Een lagere melkproductie en -gehalten zijn direct merkbaar. Deskundigen schatten lagere producties tussen de 1 tot 5 kilo per koe per dag. Ook het vetgehalte ligt wat lager. Koeien met een hoge productie bleken gevoeliger voor hitte.

Wat betreft de vruchtbaarheid zijn volgens CRV wat minder koeien geïnsemineerd. “Maar op basis van ervaring van een aantal inseminatoren valt het aantal terugkomers mee.” Harde cijfers ontbreken nog. Wat opvalt is dat op bedrijven met tochtdetectie het aantal tochtige koeien en dus ook het aantal te insemineren koeien op peil bleef. “Bij andere bedrijven was er een sterkere terugval.”

Tekst gaat verder onder de foto.

Hittestress geeft meer klauwproblemen

De uiergezondheid kan ook te leiden hebben van hitte. Dat komt door een lagere voeropname en hogere bacteriedruk in de boxen. Door meer staan bij hittestress en lagere voeropname neemt de kans op klauwproblemen als zoolkneuzingen en witte lijn toe. De Gezondheidsdienst voor Dieren zegt niet te kunnen zien of problemen structureel zijn toegenomen. Een aantal geraadpleegde dierenartsen ziet wat meer problemen met uierontsteking maar het is geen alarm. Ook zijn er wat meldingen van klauwproblemen; die nemen waarschijnlijk de komende maanden verder toe.

Nu temperaturen weer normaal zijn, lijkt het ergste leed geleden. Toch bestaat het risico dat de komende maanden de drachtigheid onder druk blijft staan omdat eicellen ontwikkeld zijn gedurende de warme periode. Ook kalveren die komende maanden worden geboren, kunnen wat lichter en minder vitaal zijn.

De kwaliteit van het ruwvoer blijft een aandachtspunt; niet alleen heeft het een lagere voederwaarde maar gras kan door de droogte relatief veel nitraat bevatten. Aandacht voor de gezondheid van de koeien en kalveren als gevolg van de hitte blijft de komende maanden dus belangrijk.

Hoe zorg je voor voldoende ruwvoer?

Verschillen in opbrengsten en kwaliteit van ruwvoer tussen percelen zijn dit jaar groot. Grondsoort en regio zijn een gegeven maar veehouders maken zelf ook verschil. Lees de 5 leerpunten voor voldoende ruwvoer.

  • Zaai vroege maisrassen. Deze rassen zijn gemiddeld beter bestand tegen weinig water, doordat ze voor de droogte al bloeiden en kolfzetting had plaatsgevonden. Het blijft wel een afweging tussen vroegheid en opbrengst. 
  • Zorg ervoor dat op percelen aspecten als dichtheid, bemesting, organische stof en waterhuishouding in orde zijn. Dan zijn gras en mais beter bestand tegen hitte en droogte en herstellen ze ook sneller na de droogte. 
  • Houd een niet te oude grasmat in goed conditie. Een dergelijke grasmat heeft minder last van de droogte, herstelt sneller en geeft hogere drogestofopbrengsten. Klaver lijkt bij te dragen aan diepere beworteling en minder droogteschade. 
  • Investeer in beregening. Beregenen kan het verschil maken tussen geen of nog een redelijke opbrengst. Investeren in beregenen kan in veel gevallen uit, maar is wel van de bedrijfssituatie afhankelijk. 
  • Zorg voor een grote voorraad ruwvoer. Dat is geen overbodige luxe maar hard nodig om tegenvallende opbrengsten op te vangen. Een ruwvoerbalans geeft inzicht in de situatie.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin