De Nederlandse melkveehouderij kampt met een heel aantal lastige thema’s. Denk aan stikstof en ammoniak, fosfaatrechten, derogatie en invulling van het nitraatactieplan. Daaraan gekoppeld zitten internationale milieuafspraken, dus dat beperkt je keuzevrijheid als ondernemer om je bedrijfsvoering in te vullen.
De melkveesector levert echter diverse goede prestaties. Zo is er het fosfaatplafond. Om overschrijding te voorkomen is het stelsel van fosfaatrechten geïntroduceerd. Op basis van al lang geleden bepaalde forfaitaire excretienormen, zijn fosfaatrechten toegekend. Projecten als Koeien & Kansen en veehouders die hun mestproductie stuurden met de BEX, lieten ook zien dat via voeding een lage fosfaatexcretie bereikbaar is. Inmiddels is een lage fosfaatexcretie gemeengoed in de melkveesector. Het fosfaatplafond is geen probleem meer. Afvinken dus, zou je zeggen.
Normen fosfaatexcretie aanpassen?
Periodiek actualiseert het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) de excretienormen voor stikstof en fosfaat: de normen uit “tabel 6 bij RVO”. Dan wordt eerst onderzocht wat de gemiddelde stikstof- en fosfaatexcretie van melkvee was over de laatst bekende drie jaren. Dat toont aan dat de fosfaatexcretie gemiddeld lager is dan de huidige RVO-tabellen. Eigenlijk niet verrassend.
Nu wordt het spannend. Zijn aanpassingen van de forfaitaire fosfaatexcretienormen dan ook nodig? Je zou zeggen: ja. Want de gemiddelde excretie is verminderd. Dus we rekenen dan ook met minder fosfaatproductie en minder mestafzet. Anderzijds is het voor de mestafzet niet zo’n groot issue, zeker als 60% van de veehouders met BEX rekent of als stikstof toch bepalend is voor de mestafzet.
Meer koeien die binnen het fosfaatplafond passen, helpen niet milieuthema’s als stikstofplafond en ammoniakemissie het hoofd te bieden
Dus aanpassen van de forfaitaire excretienormen heeft weinig effect, zou je denken. Mis, want de fosfaatrechten zijn ook gebaseerd op de forfaitaire excretienormen. Als die omlaag gaan, kan de melkveesector dit interpreteren als minder fosfaatexcretie per fosfaatrecht. Dus ‘gratis’ extra koeien op het bedrijf. Op korte termijn, vanuit sectoroogpunt, snap ik dat. Want we blijven binnen het fosfaatplafond. Dus niets aan de hand. Maar meer koeien, die binnen het fosfaatplafond passen, helpen niet om milieuthema’s als stikstofplafond, ammoniakemissie en broeikasgasemissies het hoofd te bieden. Sterker nog, dat zou de door velen gewenste integrale aanpak van die uitdagingen mogelijk juist in de weg staan.
Verschillende oplossingen
Oplossingen lopen uiteen van dierrechten tot stikstofrechten en niet wijzigen van de forfaits. Voorlopig geldt het laatste. Voormalig LNV-minister Schouten zag dit dilemma waarschijnlijk ook. In haar demissionaire periode zag zij wellicht niet de mogelijkheden om dit op te lossen. Deze hete aardappel is daarmee doorgeschoven naar haar opvolger.
Ik ben benieuwd hoe minister Staghouwer hiermee om zal gaan. Een mooie uitdaging om enerzijds invulling te geven aan het fosfaatbeleid, en anderzijds de samenhang met andere thema’s te doorzien.
Binnen het project Koeien & Kansen kijken we verder vooruit dan fosfaatrechten en fosfaatplafond en richten we ons ook op verlaging van de stikstof- en broeikasgasemissies. We trekken samen op met projecten als Integraal Aanpakken en het Netwerk Praktijkbedrijven, die dezelfde doelen nastreven: met wetenschap beleidsmakers en de praktijk voeden, zodat we toe kunnen werken naar een duurzame toekomst (in alle opzichten) voor de boer.