De Tweede Kamer heeft ingestemd met de invoering van sectorale stikstof- en fosfaatplafonds in de meststoffenwet.
Alleen PVV en Forum voor Democratie stemden tegen het wetsvoorstel. Met de wetswijziging wordt het mogelijk om per sector generiek te kunnen korten als de stikstof- of fosfaatproductie boven het sectorale plafond uitkomt.
Landbouwminister Carola Schouten zei bij de behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer dat ze hoopt de maatregel nooit te hoeven gebruiken. Toch wordt de maatregel ingevoerd omdat dit een voorwaarde is van verlenging van de derogatie op de mestnormen.
Extra voorwaarden generieke korting
Door een aantal aangenomen amendementen van SGP en CDA worden er wel aanvullende voorwaarden gesteld aan een eventuele generieke korting. Zo mag het instrument pas ingezet worden als er geen andere – minder ingrijpende – mogelijkheden zijn om de stikstof- of fosfaatproductie onder het sectorale plafond te krijgen. Ook mag de de generieke korting nooit groter zijn dan de overschrijding van het sectorplafond en moet het mogelijk zijn om de veehouders te compenseren.
CDA-Kamerlid Jaco Geurts spreekt van meerdere sloten op de deur, die gedwongen krimp van de veestapel tegen moeten gaan. SGP-Kamerlid Roelof Bisschop ziet de voorwaarden die worden gesteld als het glaasje voor de noodrem in de trein. “Er moet eerst zeer zorgvuldig worden overwogen of er wel aan de noodrem getrokken moet worden”, zegt hij.
Gevoelige kwestie
De invoering van een mogelijkheid om generiek te korten ligt gevoelig bij de traditionele landbouwpartijen, met de pijnlijke fosfaatreductie in de melkveehouderij nog vers in het geheugen. Schouten benadrukt dat ze de maatregel ook liefst niet wil gebruiken. De fosfaat- en stikstofproductie van de verschillende sectoren is nu onder de plafonds en er staan diverse warme saneringsmaatregelen op de agenda waardoor de veestapel zal krimpen.Tegelijkertijd neemt de productie per dier, en daarmee de stikstof- en fosfaatuitstoot wel toe.
De Eerste Kamer debatteert naar verwachting volgende week over het wetsvoorstel. De wet wordt met grote spoed behandeld, vanwege de beoogde ingangsdatum van 1 januari 2020.