Een werkboek met opdrachten betrekt alle familieleden bij de bedrijfsovername. Onderwerpen die anders onbesproken blijven, komen nu wel op tafel. Dat maakt de kans op een succesvolle bedrijfsovername groter.
Iets meer dan de helft van de agrarische bedrijven heeft zeer waarschijnlijk een opvolger. Dat blijkt uit gegevens van het CBS. Maar daarmee is niet gezegd dat het bedrijf ook een zekere toekomst wacht. Opvolging is namelijk de meest kwetsbare plek in de bedrijfsvoering. Ruzie ligt op de loer. En hoe meer ruzie, hoe minder de kans van slagen.
Slechte communicatie belangrijkste oorzaak
Glasheldere cijfers zijn er niet, maar het NAJK schat in dat van de overnames die niet lukken een gebrekkige communicatie de hoofdoorzaak was. Om daar wat aan te doen, sloegen Aeres Hogeschool, Van Hall Larenstein, Hogeschool Windesheim, het expertisecentrum Familiebedrijven en het Fries Sociaal Planbureau de handen ineen.
Zij startten ten behoeve van het nog op te richten Kenniscentrum Agrarische Bedrijfsovername een onderzoek naar bedrijfsopvolging, enquêteerden 15 families die in het proces zitten en verwerkten alle resultaten in een werk- en opdrachtenboek. Doel daarvan is dat het niet bij theorie blijft, maar dat de betrokkenen ook echt aan de slag gaan met allerlei onderwerpen en vragen gaan beantwoorden waar ze zelf niet bij stil hadden gestaan of die ze eigenlijk liever onder het tapijt wilden vegen.
Opvolging gaat ook niet-opvolgers aan
Het werkboek heet Bedrijfsopvolging is een familiezaak en is als download gratis beschikbaar. De meeste agrarische bedrijven worden namelijk gerund door familieleden. Daarom is de opvolging ook iets wat de hele familie aangaat, ook de niet-opvolgers. Nog altijd komt het voor dat zij een pak papier meekrijgen met het verzoek om op de laatste pagina even een handtekening te zetten. Uiteindelijk moet die handtekening er natuurlijk wel komen.
Maar als broers, zussen en zelfs hun partners niet van begin af aan betrokken worden bij het proces, kan een voedingsbodem ontstaan voor conflicten. Die beginnen sluimerend, maar groeien makkelijk uit tot familievetes. Dan blijft het bedrijf bestaan, maar is de familieband kapot. Uit een eerdere enquête die de betrokken partijen hielden onder jongeren, bleek al dat die groep zich daar bewust van is en zich er ook zorgen over maakt.
Het werkboek biedt handvatten en is bruikbaar voor de overdrager, de opvolger, de broers en zussen, maar ook voor adviseurs, banken en agrarische scholen waar de onderwerpen deels al aan bod komen. Het maakt om te beginnen duidelijk dat het geen proces is dat simpelweg van A naar B gaat als je het stappenplan maar volgt.
Overname is een hobbelige weg waarbij gemaakte plannen soms opnieuw tegen het licht gehouden moeten worden. Misschien waren eerder gemaakte keuzes toch niet de juiste of zijn de omstandigheden veranderd. Onnodig te zeggen dat de stikstofcrisis zo’n omstandigheid is, maar het is zeker niet de enige. Kennis en inzichten kunnen bijvoorbeeld veranderen of de samenstelling van de familie wijzigt en daarmee de wensen en verwachtingen voor de toekomst.
Papier is geduldig
In al die gevallen moeten de familieleden opnieuw met elkaar om tafel om de eerder gemaakte keuzes te bekijken en te bespreken. Hoe beter een gezin zich voorbereidt, hoe helderder het wordt waar ze hulp bij nodig hebben. Dat draagt er weer aan bij dat een adviseur gerichter kan adviseren. Zo wordt een adviestraject goedkoper. Maar belangrijker nog: het is ook effectiever.
Zo op papier klinkt het tamelijk eenvoudig. Ga met elkaar om tafel en heb het erover. De praktijk is anders. Wie neemt het initiatief tot het gesprek? Wie vraag je erbij? En wat is precies het doel? Moeten de anderen alleen maar ingelicht worden of hebben ze ook inspraak? Allemaal zaken die vooraf voor iedereen duidelijk moeten zijn en niet alleen voor de ouders en de opvolger. Dat moet dus uitgesproken worden. En bij voorkeur ook vastgelegd. Afspraken op papier zijn helderder dan mondelinge. Bovendien kunnen ze een startpunt zijn om op voort te borduren.
Minstens zo belangrijk is dat er niet alleen gepraat wordt, maar ook geluisterd. Ook dat is niet zo makkelijk als het klinkt. Luisteren doe je niet om een reactie te kunnen geven, luisteren is er om te begrijpen wat iemand zegt. Vaak vullen mensen echter iets voor een ander in: hij of zij zal wel dit of dat bedoelen. Terwijl dat niet zo hoeft te zijn.
Bedoel je dit of dat?
Vraag het dus na: ‘Bedoel je dit’? Of: ‘Wat bedoel je precies?’ Zo staat het werkboek vol opdrachten die de betrokkenen eerst zelf moeten doen en daarna in de groep met elkaar bespreken. De opdrachten zijn deels verwoord in stellingen waarvan je aan moet geven of er binnen de familie wel of niet over gesproken hoeft te worden. Een onderwerp waarvan iedereen vindt dat het niet uitgebreid aandacht behoeft, kan dan opzij gelegd worden en een onderwerp waarover verschil van mening is, komt boven water.
Denk aan de positie van de partner, de manier waarop conflicten meestal worden aangepakt, de leeftijd waarop de overdrager stopt, de plek waar koffie gedronken wordt, duidelijkheid of juist geen over wie verantwoordelijk is waarvoor en ga zo maar door.
Geen simpele kost, maar dat is een bedrijfsovername ook niet
Los van de stellingen zijn er allerlei vragen. Wat is je positie in dit gezin? Wat zijn jouw persoonlijke kernwaarden? Welke plekken op het bedrijf zijn belangrijk voor jou? Broers en zussen hechten misschien erg aan moeders bloementuin, terwijl de opvolger die liever weg wil hebben. Wetende dat die plek voor anderen belangrijk is, kan hij of zij daar beter mee omgaan.
Bloementuin van moeder omspitten
‘Ik weet dat jullie van die plek houden, maar ik zou het graag anders doen.’ Vervolgens is het misschien een goed idee om met elkaar die bloementuin om te spitten. Als de broers en zussen maar niet genegeerd worden. Het is immers ook hun ouderlijk huis en tuin en daar hebben ze gevoelens en emoties bij. Dat erkennen, scheelt al een boel wrevel.
Voor gesprekken die erg stroef lopen, is er een spelvariant opgenomen. Daarmee kunnen de onderwerpen iets luchtiger aan bod komen zonder dat de inhoud eronder lijdt.
Zo neemt het werkboek de betrokkenen mee langs zaken waar anders niet snel aan gedacht wordt. Het is geen simpele kost, maar dat is een bedrijfsovername ook niet.