De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel dat asbestdaken per 2025 verbiedt, weggestemd.
De fracties van VVD, CDA, PvdA, SGP en PVV stemden tegen het wetsvoorstel. Daarmee waren 43 van de 75 senatoren ertegen. Fracties van D66, ChristenUnie, GroenLinks, SP, PvdD, OSF, 50Plus en lid Duthler stemden voor het wetsvoorstel.
“Helaas heeft de Senaat het verbod, waarover10 jaar lang is gesproken, naar aanleiding van een advies van de Gezondheidsraad uiteindelijk niet gesteund. Daarmee is er nu geen duidelijk handelingsperspectief voor het opruimen van de laatste grote bron van asbest in ons leefmilieu. Dat betreur ik”, reageert Stientje van Veldhoven, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat op de stemmingsuitslagen.
Het is nog niet duidelijk of en wanneer nieuwe regelgeving komt voor het verwijderen van asbestdaken. Het ministerie beraadt zich hierop, laat een woordvoerder desgevraagd weten.
Eerste Kamer zeer kritisch op wetsvoorstel
De Eerste Kamer was tijdens het debat in de Eerste Kamer vorige week al zeer kritisch op het wetsvoorstel. De Senaat twijfelt over de haalbaarheid en betaalbaarheid van het wetsvoorstel gezien de beperkte beschikbaarheid van asbestsaneerders en de hoge kosten, die particulieren moeten betalen.
Ook twijfelde de Senaat aan de noodzaak van de grote haast waarmee volgens de wet de asbestdaken verwijderd moeten worden, mede omdat op basis van recente rapporten het gevaar voor de volksgezondheid kleiner wordt ingeschat dan de Gezondheidsraad en het RIVM stellen.
Daarnaast dreigen veel dakeigenaren de kosten van het verwijderen van asbest niet te kunnen betalen. Gemeenten hadden al aangegeven niet te gaan handhaven op het voorgestelde asbestdakenverbod.
Verschuiving einddatum mocht niet baten
Staatssecretaris Van Veldhoven probeerde het wetsvoorstel nog te redden door het verbod uit te stellen naar 2028, waarbij gemeenten in uitzonderlijke gevallen nog uitstel konden verlenen naar 2030. Dat zou de haalbaarheid en betaalbaarheid van de wet moeten vergroten.
Van Veldhoven zegde tevens toe om de regels te verruimen van het asbestfonds waaruit dakeigenaren met financiële problemen ondersteuning kunnen krijgen bij de financiering van de sanering en € 5 miljoen extra uit te trekken voor de schrijnende gevallen. Daarnaast zegde Van Veldhoven toe onderzoek te doen naar de mate van blootstelling tijdens het saneren van asbestdaken en zal TNO advies gaan uitbrengen over de 35m2– grens. Particulieren met daken kleiner dan 35m2 mogen deze zelf verwijderen.
Reacties Eerste Kamer op wetsvoorstel
Met de toezeggingen wist Van Veldhoven de Eerste Kamer echter niet te overtuigen, een meerderheid stemde tegen. VVD‘er Tanja Klip zei in een stemverklaring dat de VVD meer ruimte wil in de uitvoering van de sanering van asbestdaken. De krappe marktsituatie in de saneringsbranche en de krappe financiële middelen bij veel dakeigenaren zorgt volgens Klip voor gebrek aan draagvlak en daarmee uitvoerbaarheid van het wetsvoorstel.
CDA‘er Joop Atsma zegt lang gewikt en gewogen te hebben over het wetsvoorstel, waarvan Atsma zelf als toenmalig staatssecretaris de aanzet heeft gegeven. CDA vindt dit wetsvoorstel echter niet effectief genoeg omdat ze twijfels heeft over de haalbaarheid, betaalbaarheid, proportionaliteit en handhaafbaarheid.
PvdA‘er Mary Fiers is groot voorstander van de sanering van asbestdaken, maar wil dat daar een goede stimuleringsregeling onder ligt. Die is er in dit geval niet.
LTO positief over besluit Eerste Kamer
LTO Nederland reageert positief op het wegstemmen van de wet. “Asbestdaken moeten gesaneerd worden – dat verandert niet. Maar het moet wel op de juiste manier gebeuren”, zegt Alfred Jansen, portefeuillehouder Veiligheid en Pacht bij LTO Nederland. “Als de gezondheidsrisico’s groot zijn, moet je strenge beschermingsmaatregelen treffen. Als risico’s echter aantoonbaar verwaarloosbaar klein zijn, zijn lichtere eisen gerechtvaardigd. In sommige gevallen is het beter om er gewoon vanaf te blijven tot vervanging noodzakelijk is. Een algeheel verbod per 2028 was dus niet alleen onnodig, het was ook nog eens onuitvoerbaar en onbetaalbaar geworden. We zijn erg blij dat de Eerste Kamer dat met ons eens is”, aldus Jansen.