Doorgaan naar artikel

Overvolle stal leidt vaker tot pensverzuring

Overbezetting en te veel snelle energie zijn de belangrijkste risicofactoren voor pensverzuring.

Veehouders kunnen het risico op (subklinische) pensverzuring verminderen als ze zorgen dat er niet te veel energie in het rantsoen zit. Ook moet overbezetting worden voorkomen en mag de voergoot niet leeg komen te liggen. Dat stelt Rick Grant, directeur van het Miner Institute in New York.

Snel te veel

In de melkveerantsoenen is alles gericht op het voeren van veel energie om aan de voerbehoefte van hoogproductieve koeien te kunnen voldoen. Veel pensfermenteerbare energie is dan nodig, maar het kan volgens Grant ook snel te veel worden waardoor pensverzuring kan ontstaan, zeker wanneer het voer onvoldoende gemengd is en er selectie kan plaatsvinden.

Slugfeeding

Een hoger risico op pensverzuring geldt ook als de voergoot dagelijks een (korte) tijd leeg loopt. Als er dan weer gevoerd wordt leidt dat tot pieken in de voeropname waarbij ‘slugfeeding’ voorkomt. Dat is het vreten van grote porties voer in een keer. Voor een stabiele pens-pH is het beter dat koeien vaker naar het voerhek komen en kleine porties vreten.

Tijd liggend doorbrengen

Recent onderzoek van het Miner Institute heeft ook de rol van overbezetting aangetoond. Het blijkt dat er veel minder subklinische pensverzuring (pens pH <5,8) voorkomt als het koeien lukt om 80 – 90 % van de herkauwtijd liggend in de ligbox te besteden dan bij koeien waar dat maar voor 50 – 60 % van de tijd lukt. Bij koeien die gedwongen staand herkauwen door overbezetting kan de tijd van subklinische pensverzuring oplopen tot 8 à 10 uur per dag. Dat is veel meer dan de gemiddelde 3 à 4 uur die normaal voorkomt. Een gemiddelde van 9 uur subklinische pensverzuring komt ook voor als de koeien niet 24 uur per dag over een goed gemengd rantsoen kunnen beschikken.

Subklinische pensverzuring leidt direct tot een verlaagd vetgehalte in de melk en vaak ook een verlaagd eiwitgehalte. Indirect is het gerelateerd aan een lagere voerefficiëntie, vruchtbaarheid en klauwgezondheid.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin