Doorgaan naar artikel

Massa is geen kassa meer

Bij een melkprijs als in 2018 en een saldo per koe van ruim € 2.000 moet een bedrijf zonder de extra opbrengsten van weidegang ruim 15% meer koeien melken om het verschil in saldo goed te maken. Dat geeft wel stof tot nadenken

Ook in de melkveehouderij gelden de economische wetten. Een hogere productie leidt tot meer omzet, waardoor het inkomen stijgt. Daarom volgde de Nederlandse melkveehouderij, net als elke andere economische activiteit, de trend van schaalvergroting. Via toepassing van arbeidsbesparende technieken is de arbeidsproductiviteit verhoogd en is de omzet gestegen. ‘Schaalvergroting moet’, gaf iedereen altijd aan. Want zo kunnen inkomens in de sector de stijgende maatschappelijke welvaart volgen. Ook in het quotumtijdperk was dit aan de orde. Extra quotum kopen, extra stal erbij en meer omzet draaien. Massa is kassa, was een populaire kreet. Geen centje pijn.

Hoewel? Het inkomen stijgt pas bij schaalvergroting als de kosten voor de extra productie niet hoger zijn dan de extra omzet. En dat was voor best veel melkveehouders al een grote uitdaging in het quotumtijdperk. Via kostenbesparingen, hard werken, en afspraken maken met de bank, slaagden velen er in om het hoofd boven water te houden en geld over te houden.

‘Dat is nu dan toch niet anders?’, hoor ik je denken. Misschien niet, want het kopen van quotum zou je kunnen vervangen door fosfaatrechten kopen en vervolgens weer meer omzet draaien. Aan de andere kant, de wereld is wel veranderd. Het imago van grootschaligheid is verslechterd in de maatschappij. Voorheen was ‘gewoon’ het quotum beperkend. Nu komen steeds meer beperkingen in beeld. Fosfaatrechten was al een hele concrete beperking, maar het stikstofplafond, afspraken over ammoniakemissie, broeikasgasemissies, grondgebondenheid en kringlooplandbouw zullen effect hebben op de kosten en mogelijkheden van schaalvergroting.

Daar komt bij dat de markt extra (melk)geld toekent aan bedrijven die bepaalde keuzes maken of prestaties leveren. Bijvoorbeeld voor duurzaamheidsprestaties die strijdig kunnen zijn met schaalvergroting. Het begon met enig ‘kleingeld’ voor weidegang en duurzaamheidsprogramma’s bij elke melkverwerker. Maar nu groeit dit wel uit tot serieus geld. € 1,50 per 100 kilo melk voor weidegang, € 1 per 100 kilo melk voor VLOG-melk en € 2 per 100 kilo melk extra in het vooruitzicht voor voldoen aan PlanetProof-criteria.

Als de omvang van een melkveebedrijf ervoor zorgt dat weidegang niet lukt en de hoeveelheid eiwit van eigen land niet boven de 50% komt, dan heeft dit bedrijf in 2020 mogelijk € 3,50 per 100 kilo melk minder inkomsten dan een bedrijf dat daar wel aan voldoet. Bij een melkprijs als in 2018 (€ 36/100 kg melk) en een saldo per koe van ruim € 2.000 moet het bedrijf zonder deze extra opbrengsten ruim 15% meer koeien melken om het verschil in saldo goed te maken. Dat geeft wel stof tot nadenken, ook bij de Koeien&Kansen-veehouders. Recent nog heeft een Koeien&Kansen-veehouder het ingezette spoor naar schaalvergroting verlaten en gekozen voor weidegang met VLOG-melk.

Is dit genoeg om de trend richting schaalvergroting om te buigen? Waarschijnlijk niet, en onze minister beseft dat ook als ze roept om verdienmodellen die nodig zijn om kringlooplandbouw goed vorm te geven. Want hoewel de kringlooplandbouw nog niet ingevuld is, lijken ­extra kosten hierbij wel waarschijnlijk. Je zou erop kunnen gaan wachten da de overheid hiervoor compenseert, maar de ervaring leert dat wachten op extra geld vanuit de overheid niet loont. Dus ga niet zitten wachten, blijf zelf aan het stuur. Sta open voor marktconcepten met een meerprijs, maar beheers in ieder geval je kosten. ­Zeker als je toch wilt schaalvergroten.

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin