De zuivelmarkt zakt niet veel in deze zomer. Prijzen blijven relatief hoog en dat heeft voor een groot deel met de lagere mondiale melkaanvoer te maken. De mindere vraag in het opnieuw door corona geplaagde China is een onzekere factor.
De zuivelmarkt kende een goed eerste kwartaal met stijgende prijzen, maar in het tweede kwartaal werd – met uitzondering van kaas – al vrij snel het plafond aangetikt. Vloeibare producten en kaas noteren sindsdien vrij stabiel op een hoog niveau, want ten opzichte van vorig jaar zijn room, mageremelkconcentraat en kaas zo’n 60 tot 70% duurder. Ook de melkprijs is inmiddels opgelopen tot zo’n € 60 per 100 kilo.
Deze zomer zakken de zuivelprijzen ook nauwelijks in. De vakantieperiode en de minder vraag hebben weinig invloed op de prijzen. Er staat wel wat druk op de markt, maar alleen room moest in juli een wat forsere prijsdaling toestaan. De prijzen blijven vooral op de been door de beperkte volumes die verkopers beschikbaar kunnen stellen.
De markt heeft zeker in deze periode moeite om voldoende melk aangevoerd te krijgen. Daarmee zet de tendens van de eerste vijf maanden van dit jaar door. In januari-mei 2022 werd in de Europese Unie maar liefst 0,8% minder melk aangevoerd dan in dezelfde periode een jaar eerder (bron: Europese Commissie). Drie grote zuivellanden waren daar voor een groot deel debet aan. In Nederland (-2,0%), Duitsland (-1,7%) en Frankrijk (-1,4%) lag de aanvoer aanmerkelijk lager. En dan zijn er ook nog stevige uitdagingen zoals stikstof (Nederland) en dierwelzijn (Duitsland) die het niet makkelijker maken om de melkproductie op peil te houden.
Binnen Europa zijn er weinig landen die wél echt meer produceren. Polen is met een plus van 1,9% een uitzondering. In Oceanië bleef de melkaanvoer door ongunstige weersomstandigheden lange tijd fors achter in vergelijking met eerdere seizoenen. De laatste maanden is er echter wel sprake van licht herstel. Niettemin lag de aanvoer in Nieuw-Zeeland in de periode van juni 2021/april 2022 4,1% lager dan in dezelfde periode een jaar eerder. Ook in Australië was er herstel. Al bleef de aanvoer nog altijd 3,4% achter bij het seizoen ervoor. In de Verenigde Staten hebben de kleinere veestapel en mindere melkproductie nog altijd effect op de melkplas. Die lag in de eerste vier maanden van dit jaar 1% lager dan vorig jaar.
Afzet naar China valt terug
Europa heeft het in het tweede kwartaal iets lastiger gekregen om concurrerend te zijn op de wereldmarkt en verloor vooral met melkpoeder marktaandeel ten opzichte van Nieuw-Zeeland en de VS. De situatie in China – waar corona weer flink opgelaaid is – heeft bovendien voor marktverschuivingen gezorgd. Het land voerde in de periode van januari tot en met mei 42% minder weipoeder, 24% minder mageremelkpoeder en 17% minder kaas in. Cijfers die nog veel somberder waren geweest als januari en februari niet meegeteld waren. Vooral de afname in kaas en weipoeder raakten juist de EU omdat die er wereldmarktleider mee is. Andere Zuidoost-Aziatische landen compenseerden wel deels de vraaguitval in China, maar de Europese zuivelexport stond toch wat sterker onder druk met lagere poederprijzen tot gevolg.
Onzekere zuivelmarkt
De wereldmarkt voor zuivel blijft relatief onzeker. China speelt daarin een belangrijke rol. Zeker nu de productie in Nieuw-Zeeland op stoom begint te komen. De mindere Chinese vraag naar melkpoeder had eind juli opnieuw een grote invloed op de Nieuw-Zeelandse internetveiling Global Dairy Trade. Sterker: de laatste drie veilingen gingen de prijzen er in totaal met 10,4% omlaag. Dat zorgt toch voor een negatief sentiment op de wereldzuivelmarkt. Daar staat tegenover dat de mondiale melkaanvoer beperkt blijft. Europese melkveehouders lijken om verschillende redenen toch iets meer op de rem te trappen en in de VS blijft de aanvoer eveneens achterlopen. De verwachting is dan ook dat de zuivelprijzen toch op dit hoge niveau blijven.