Met 2020 in aantocht is het mogelijk de winst nog te drukken of snel te handelen om eerdere belastingbesparingen zeker te stellen.
1. Gooi oude administratie weg
Als u administratieve stukken zeven jaar bewaart, voldoet u keurig aan de fiscale wettelijke bewaartermijn. Het begrip administratie wordt daarvoor ruim genomen. Alle gegevens die van belang kunnen zijn voor de belastingheffing, zijn in de ogen van de fiscus een onderdeel van de administratie. Bijvoorbeeld de loonadministratie, verkoopadministratie, voorraadgegevens, het grootboek en facturen van crediteuren en debiteuren maar ook kassastroken en aantekeningen vallen daar onder. Gooi daarom uw oude administratie pas weg als de bewaartermijn is verlopen. Als uw boekjaren de kalenderjaren volgen, betekent dit dat u na 31 december 2019 uw administratie over 2012 en eerdere jaren mag weggooien. Als u bepaalde documenten nog nodig hebt, bijvoorbeeld contracten, pensioen- en lijfrentepolissen, moet u deze echter nog wel bewaren.
Let op! Het gaat hierbij om de fiscale bewaartermijnen maar er kunnen ook andere redenen zijn waarvoor een andere bewaartermijn geldt.
Let op! Voor de btw-administratie over het gebruik van onroerende zaken, elektronische diensten, telecommunicatiediensten en radio- en tv-omroepdiensten geldt een bewaartermijn van tien jaar inclusief het jaar van eerste ingebruikname. Dit omdat zich in die periode een herziening van de btw-aftrek kan voordoen. Bijvoorbeeld wegens een andere bestemming van een of meer onroerende zaken, waardoor btw uit voorgaande jaren alsnog deels aftrekbaar kan zijn of deels terugbetaald moet worden.
Lees meer over de wettelijke bewaartermijnen.
2. Vorm nog snel een voorziening
Als u de fiscale winst over 2019 wilt drukken, is dat misschien mogelijk door het vormen van een voorziening voor (grote) uitgaven die u in 2020 of later denkt te zullen doen. Een aandachtspunt daarbij is dat deze toekomstige uitgaven hun oorsprong moeten vinden in feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan in 2019 of eerder. Deze feiten en omstandigheden moeten ook kunnen worden toegerekend aan dat jaar. Ten slotte moet redelijk zeker zijn dat u de uitgaven zult maken. Onder omstandigheden is het mogelijk om nog een inhaaldotatie te plegen zodat u mogelijk nog meer fiscaal voordeel behaalt. Overleg met uw adviseur of u in 2019 nog een voorziening kunt vormen en of dat voor u interessant is.
Let op! Als u nog compensabele verliezen heeft uit jaren voor 2019 dan is voorzichtigheid geboden. De vorming van een (grote) voorziening kan er toe leiden dat de mogelijkheid voor verliesverrekening wordt beperkt en misschien wel helemaal vervalt. Dat zou jammer zijn!
3. Begin vóór 2020 met herinvesteren
Heeft u in 2016 een fiscale boekwinst behaald met de verkoop van een bedrijfsmiddel? En heeft u deze boekwinst gedoteerd aan de herinvesteringsreserve (HIR)? Dan riskeert u dat de Belastingdienst de HIR dit jaar tot uw fiscale winst rekent als u niet tijdig de herinvestering doet. Natuurlijk is het niet zo gemakkelijk om nog snel een investering af te ronden. Gelukkig kunt u de inspecteur verzoeken om de driejaarstermijn te verlengen als de aanschaf van het nieuwe bedrijfsmiddel is vertraagd door bijzondere omstandigheden. Maar hij zal uw verzoek alleen honoreren als u kunt aantonen dat u een begin heeft gemaakt met de herinvestering.
Tip Als de inspecteur meent dat u geen herinvesteringsvoornemen (meer) heeft, zal hij de HIR aan de belaste winst toevoegen. Het is daarom verstandig om uw herinvesteringsvoornemen vast te leggen in een schriftelijk stuk. Blijf het voortbestaan van uw herinvesteringsvoornemen aan het eind van ieder jaar vastleggen totdat u de herinvestering doet. En mocht de herinvestering vertraging oplopen, bewaar dan de documenten die bewijzen dat echt sprake is van een bijzondere omstandigheid.
4. Voorkom desinvesteringsbijtelling; Verkoop bedrijfsmiddel in 2020
Overweegt u om bedrijfsmiddelen te verkopen die u in 2015 heeft aangeschaft? En heeft u over de toenmalige investering in deze bedrijfsmiddelen een investeringsaftrek toegepast? Probeer dan de verkoop uit te stellen tot begin 2020. Zo voorkomt u dat u een deel van de investeringsaftrek uit 2015 moet terugbetalen via de desinvesteringsbijtelling. Hierbij geldt dat de desinvesteringsbijtelling nooit meer is dan de destijds genoten investeringsaftrek. Overigens mag u de desinvesteringsbijtelling ook achterwege laten als u de bedrijfsmiddelen voor hooguit € 2.300 verkoopt.
Let op! De desinvesteringsbijtelling is ook van toepassing bij andere vormen van vervreemding. Als u een bedrijfsmiddel overbrengt naar uw privévermogen, is dit een fictieve vervreemding. In zo’n geval neemt de Belastingdienst de waarde in het economische verkeer van het bedrijfsmiddel als overdrachtsprijs.
5. Behoud KIA voor 2019
Overweegt u om in 2019 nog te investeren in bedrijfsmiddelen? Bedenk dan wel dat de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) vervalt als uw investeringen die recht geven op de KIA dit jaar meer bedragen dan € 318.449. Als een overschrijding van dit bedrag dreigt, kunt u de investering beter uitstellen tot in 2020. De investering wordt toegerekend aan het jaar waarin u verplichtingen aangaat, zoals het plaatsen van een order, akkoord gaan met een offerte of het tekenen van een koopcontract. Vervaardigt u zelf een bedrijfsmiddel, dan draait het om het jaar waarin u de voortbrengingskosten maakt.
Let op! Als uw onderneming deel uitmaakt van een samenwerkingsverband, moet u voor het bepalen van de KIA kijken naar de totale investering van het samenwerkingsverband en niet naar de investering van elke onderneming afzonderlijk. Bij investeringen in een samenwerkingsverband kan het fiscaal voordelig zijn om niet in het samenwerkingsverband (VOF of maatschap) te investeren maar om de maten zelf “buitenvennootschappelijk” te laten investeren. Op 24 mei 2019 heeft de Hoge Raad hierover een interessante uitspraak gedaan die voordelig kan uitpakken bij een juiste planning. Over een andere situatie liggen momenteel twee zaken bij de Hoge Raad.
Planning van investeringen is dan ook cruciaal. Daarnaast is het belangrijk om uw rechten open te houden door bezwaar te maken met de verschillende zaken bij de Hoge Raad in het achterhoofd. Niet geschoten is tenslotte altijd mis. Overleg dat met uw adviseur!