De afgelopen twee weken is er volop gras ingekuild. De kwaliteit van de eerste snede lijkt heel aardig. Er zit in elk geval veel suiker in, maar veehouders twijfelen over het eiwitgehalte. Ook wisselt de opbrengst sterk en valt gemiddeld iets tegen.
“Mooi spul, alleen een beetje weinig.” Dat is de meest gehoorde opmerking van de veehouders die afgelopen weken hun eerste snede gras inkuilden. Boerderij zocht een aantal veehouders op en vroeg naar hun ervaringen.
De kwaliteit lijkt wel goed te zijn. Het gras plakt bij inkuilen, een teken dat suiker volop aanwezig is. Over het eiwitgehalte zijn de boeren minder zeker. De meesten hebben na het strooien van de kunstmest geen regen meer gehad en vragen zich dan ook hardop af of alle kunstmest wel heeft gewerkt en is opgenomen, of dat er nog voorraad in de bodem zit.
Lees verder onder de foto’s
Veel regen tot begin maart, daarna droogte
De aanloop naar de eerste snede was niet de gemakkelijkste sinds jaren. Februari kenmerkte zich door overvloedige regenval waardoor de bemesting met drijfmest op veel bedrijven is uitgesteld. De regenperiode hield aan tot rond 8 maart. Daarna werd het droog en werd de drijfmest alsnog gegeven. De kunstmest volgde niet veel later.
De regen die nodig is om de kunstmest te laten oplossen bleef echter uit. Op nog vochtige grond viel de kunstmest uiteindelijk wel uiteen, maar om de voedingsstoffen op te nemen is er ook voldoende vocht in de bodem nodig. De bovengrond droogde snel af en het gewas groeide traag.
Het is dan ook niet voor niets dat juist de lagere gronden de hoogste opbrengst kennen in de eerste snede. Daar is immers de vochtvoorziening het langst op peil gebleven. De veehouders schatten een gemiddelde opbrengst van rond 3 ton, waarbij de hoger gelegen percelen soms niet verder dan 2,5 ton kwamen, terwijl de lagere percelen tot zo’n 3,5 ton droge stof per hectare brachten.
Zonnige weken goed voor suikergehalte, gras makkelijk verteerbaar
De zonnige weken voorafgaand aan het maaien maken dat het suikergehalte in het gras flink stijgt. Overdag wordt er onder invloed van het zonlicht wel suiker gevormd, maar tijdens de koude nachten is er weinig suiker verbrand voor de opname van voedingsstoffen en de vorming van eiwit.
De verteerbaarheid van het gras zal hoog zijn. Het materiaal bestaat nagenoeg alleen uit blad en er is weinig stengelvorming te zien. Mede daarom heeft een flink aantal veehouders ervoor gekozen om het gewas iets droger te oogsten om zo het product bij het opvoeren van de kuil niet al te snel te maken.
Dat er toch gemaaid is, heeft te maken met twee zaken: het mooie standvastige weer rond 7 mei maakt dat het inkuilen qua weersomstandigheden soepel loopt. Ook speelt de hergroei van de tweede snede een rol. Laat maaien betekent dat de tweede snede sneller doorschiet. De meeste grassen schieten door in de periode eind mei begin juni, en als er pas rond 15 mei gemaaid wordt, betekent dat nog slechts twee weken bladvorming voor de aar erin schiet.
Medeauteur: Marleen Purmer