Camerabeelden van drones zijn heel behulpzaam om de hoeveelheid benutbaar gras op een perceel weiland in te schatten. Dit blijkt uit onderzoek van Amazing Grazing op Dairy Campus.
Met behulp van dronebeelden en een computerapp kunnen de bossen gras rondom mestflatten (die niet worden afgegraasd) worden uitgefilterd, zodat vervolgens een goede berekening kan worden gemaakt van het resterende benutbare grasaanbod.
Koeien mijden gras rondom mestflatten minimaal een maand lang. Als geen rekening wordt gehouden met de lagere grasopname rondom de bevuilde oppervlakte, wordt het grasaanbod overschat.
Maar hoe dan snel en eenvoudig de hoeveelheid weiderest in te schatten? Op Dairy Campus is een methode ontwikkeld om dat te kunnen doen met behulp van dronebeelden. Dat gebeurt in 2 stappen: ten eerste het schatten van de grashoogten en ten tweede, de relatief moeilijke stap, het selecteren van de bossen gras rondom mestflatten.
Hiervoor wordt een drone gebruikt met een multispectrale camera, die onder andere opnames maakt van rood en nabij-infraroodlicht dat vanaf het gras wordt weerkaatst. De verhouding tussen rode en nabij-rode weerkaatsing wordt gebruikt om de zogenaamde Normalised Difference Vegetation Index (NDVI) te berekenen. De NDVI heeft een waarde tussen -1 en +1. Hoe hoger de NDVI, hoe groener het gewas, en dus ook hoe hoger het gras. De metingen op Dairy Campus bevestigen dat de NDVI een goede maat is voor de grashoogte, al zijn er hier en daar wat praktische beperkingen.
Indicator voor bosvorming gras
Na beweiding is de grashoogte op goed afgegraasde plekken tussen de bossen zo’n 4 tot 8 centimeter lager dan de grashoogte op de geweigerde plekken in en rondom de bossen. De oppervlakte met relatief lang gras, na beweiding, is dus een indicator voor bosvorming. Een grenswaarde helpt dan bij het herkennen van bossen. Naarmate de gemiddelde grashoogte van een beweid perceel hoger is, is ook de grenswaarde hoger. Vanwege het goede verband tussen grashoogte en NDVI, is er ook een grenswaarde voor de NDVI, waarboven het gras aangemerkt kan worden als ‘bos’. Ook hiervoor geldt dat de grenswaarde toeneemt naarmate de gemiddelde NDVI van het beweide perceel hoger is.
Naarmate het gras hoger is, ligt de grenswaarde steeds dichter bij de gemiddelde grashoogte. Dat betekent dat bossen in langer gras moeilijker te onderscheiden zijn.