Met voldoende vaarzen kun je blijven selecteren. Dan kom je in een opwaartse spiraal. Afvoer door ellende kost geld, afvoer van courante koeien levert geld op!
Niks werkt beter voor melkveehouders dan regelmatig nieuwe kennis op te doen. Dat kan via bezoeken van collega’s of het volgen van inspirerende presentaties van experts. Daarom zijn wij al twintig jaar lid van het netwerk European Dairyfarmers (EDF), een groep van 500 melkveehouders van klein tot heel groot en van extensief tot intensief in heel Europa, aangevuld met leidende businesspartners uit de sector.
Het unieke aan EDF is dat alle melkveehouders hun bedrijfseconomische cijfers delen. Dat maakt onderlinge bedrijfsbezoeken veel waardevoller dan zomaar een bedrijfsbezoek. Ook geeft EDF je de kennis en lading om door adviseurs heen te prikken die aan tunnelvisie lijden.
Ik lees keer op keer vanuit de accountants dat een lage vervanging leidt tot een beter financieel resultaat. Dit is een fantastisch voorbeeld van eendimensionaal advies vanachter het bureau. Ik maakte de fout om te luisteren naar het advies van Nederlandse accountants. Met de komst van de fosfaatrechten was het zeer interessant om weinig jongvee te hebben. En inderdaad, iedereen kan narekenen dat de afschrijving lager is wanneer je een koe vijf in plaats van drie lijsten melkt. Het lijkt dus een perfect advies. Maar wanneer je eindigt met een stal vol bejaarde koeien en wat tegenslag hebt met de vruchtbaarheid, kom je zomaar liters melk in de tank tekort. Bij de EDF is juist het advies ‘zorg voor voldoende jongvee, zodat je melkveestal altijd vol staat met de beste genetica die de tank vol melkt’.
Wanneer sub-optimale koeien blijven lopen, kom je in een neerwaartse spiraal terecht. Dan heb je meer gedoe en minder liters. Ruim jongvee aanhouden en bij een overschot wat verkopen, was veel beter geweest. Ik melk met robots en dan is vooral het aantal koeien de beperkende factor. Met voldoende vaarzen kun je blijven selecteren. Dan kom je in de opwaartse spiraal van minder gedoe en meer melk. Bij de EDF zie ik verschillen van 50% opbrengst per verkochte koe. Afvoer door ellende kost geld, afvoer van courante koeien levert geld op!
In juni was de jaarlijkse EDF-conferentie in Zweden. Nederlanders concluderen snel dat daar het vervangingspercentage veel te hoog is. Maar binnen EDF hanteren ook Denemarken, België en Spanje deze strategie. Laat dit nu net de landen zijn die ons de laatste jaren economisch verslaan. Qua kostenstructuur zijn ze redelijk vergelijkbaar met Nederland. In liters meetmelk per koe zitten ze gewoon 2.000 kilo boven ons.
Niet 20 maar 30% vervangen en de boxen vol met koeien die fit, vers en genetisch optimaal zijn. Het bezoek aan Zweden inspireerde mij en ik ben als echte EDF’er aan het rekenen gegaan. Het optimum is 70 melk- en droge koeien op een melkrobot. Wanneer deze koeien echter 38 in plaats van 34 kilo geven dan zijn de zeven vaarzen die ik jaarlijks extra nodig heb een prima investering. Ook als ik de mestplaatsingsruimte en fosfaatrechten meereken.
Mooi was onlangs ook de informatiedag van Alta Genectics. Die durfde vanuit haar internationale netwerk te stellen dat het, in tegenstelling tot de Nederlandse adviezen, beter zou zijn om met een hogere vervanging te werken. Een advies van buiten de tunnel dus.
Het is en blijft de kunst om te zien uit welke koker de adviezen komen. Ik kijk alweer uit naar de volgende EDF-bijeenkomst met adviezen en kennis zonder tunnelvisie.