“Melkkwaliteit is een kwestie van goed management”, aldus Stefan Bonhof die samen met zijn oom Wim Rakhorst een melkveehouderij runt met 135 melkkoeien. Al jaren hebben zij op hun bedrijf in het Gelderse Veessen een zeer goede melkkwaliteit weten te realiseren. Volgens Stefan heeft dat voornamelijk met de goede gezondheid van de koeien te maken. “We hebben al jaren een laag, stabiel celgetal rond de 85; sinds het in gebruik nemen van de nieuwe stal in januari dit jaar is dat nog met 25% afgenomen naar een stabiele waarde van 60. De melk heeft een goede vet-eiwit verhouding en we hebben een rollend jaargemiddelde van ruim 9300.” Een goed resultaat wat betreft melkkwaliteit- en capaciteit. Hoe bereiken en behouden ze dat niveau?
Stefan: “Ons doel, en dat van de meeste veehouders, is om zoveel mogelijk melk af te geven. Dat kan met gezonde koeien want die produceren het meeste en de beste melk.” Hoe je de koeien gezond houdt? “Het allerbelangrijkste”, geeft Stefan aan, ‘is dat je er bovenop zit’. Met de Lely melkrobot is de gezondheid van de koeien beter en sneller te monitoren, en in het geval van een verhoging ben je er zeker een halve dag eerder bij in vergelijking met de melkstal.”
Ook legt Stefan uit dat de robots preciezer zijn omdat de data via het management programma van de Lely melkrobot, T4C (time for cows) geregistreerd wordt en inzichtelijk maakt wat voor actie er moet gebeuren. De sensoren van de melkrobot geven de uitzondering van uiergezondheid of koegedrag door aan T4C. “De melkrobot ziet meer en in veel gevallen veel vroeger. Je hoort wel eens: ‘20% van de koeien zorgt voor 80% van het werk op een melkveebedrijf’. Hier moet je echt voor waken. Uiteindelijk is het belangrijkste dat het management van de gezondheid van de kudde goed uitgevoerd wordt, en dat je daardoor een goede melkkwaliteit- en capaciteit behaald.”
Volgens Stefan zal melkkwaliteit zal in de toekomst alleen maar belangrijker worden. “Je kunt niet produceren tegen de wereldprijs, dus moeten we focussen op de best mogelijke melkkwaliteit. Nederland heeft een goede naam als het gaat over melkkwaliteit, die naam moeten we behouden. Nergens ter wereld zijn de omstandigheden voor koeien zo goed, de wet- en regelgeving zo scherp, en worden de gehaltes van de melk zo nauw gemonitord als hier. Daarnaast produceren we in Nederland per saldo gemiddeld de meeste melk.” Melkkwaliteit- en capaciteit zijn daarmee essentieel voor het succes en voortbestaan van de melkveehouderij in Nederland.
De Top 5 van Stefan Bonhof om de melkkwaliteit op zijn bedrijf te waarborgen:
1) Uiergezondheid. Snelle actie bij eerste tekenen van mogelijke uierontsteking. Dit wordt gemonitord via het Lely T4C programma waarbij wordt gelet op verhoging en celgetal. “We hebben maar één uierontsteking gehad afgelopen jaar.”
2) Voeding. De koeien constant voeren en broei ten alle tijden voorkomen.
3) Goede ligboxen. De diep strooisel ligboxen worden goed schoon houden. Dit is beter voor de uiergezondheid en klauwgezondheid.
4) Ruimte, licht en lucht. “Dit hebben wij gerealiseerd in onze nieuw gebouwde stal, en verbeterd merkbaar de gezondheid van de koeien.”
5) Advies. “Laat je adviseren. Een buitenstaander, of dat een Lely adviseur, een voerleverancier of veearts is, kan je op feiten drukken die je zelf niet meer ziet door ‘bedrijfsblindheid’. Eén keer in de drie maanden komt hier een management adviseur van Lely langs die echt verstand van zaken heeft. Als hij iets ziet wat verbeterd kan worden dan komt hij met suggesties tot verbetering.”
Stefan Bonhof runt samen met zijn oom, Wim Rakhorst, een melkveehouderij 135 melkkoeien in Veessen, Gelderland. Ze melken sinds vorig jaar september met 2 Lely A4 Astronaut melkrobots in een nieuwe stal. Stefan houdt zich bezig met de melkkoeien, zijn oom Wim met het jongvee, dan nog op de oude locatie gevestigd is.
Melkproductie: rollend jaargemiddelde 9.306 met 4,48% vet en 3,51% eiwit.
Geometrisch celgetal: 60.
Kiemgetal: 6.