Doorgaan naar artikel

Buitenlandse stal is inspiratiebron

Veel melkveestallen in het buitenland zijn eenvoudig uitgevoerd met een simpel dak en verblijfsruimte zonder boxen. Rechtstreeks kopiëren van deze stallen naar Nederland is niet mogelijk, maar er zitten wel interessante aspecten in om te gebruiken bij het besparen op bouwkosten.

In veel landen liggen de bouwkosten per plaats een stuk onder die in Nederland. In landen als Ierland, Israël en Nieuw-Zeeland staan eenvoudige stallen die vaak niet meer zijn dan een overkapping en een melksysteem. Ook in Zuid- en Oost-Europa staan eenvoudige stallen die voor minder dan de helft van de Nederlandse prijzen worden ­gebouwd. Overigens zijn er genoeg landen waar de bouwkosten hetzelfde zijn of zelfs hoger liggen. Met name in Scandinavië en ons omringende landen liggen bouwkosten ook op een relatief hoog niveau.

Teun Sleurink, eigenaar van internationaal adviesbureau DairyTuner, ziet veel melkveebedrijven in het buitenland. Hij benadrukt dat de hoogte van een investering niet zoveel zegt. “Waar je ook kijkt in de wereld, de bedrijven met de hoogste productie zijn altijd in het voordeel, dat is het enige wat telt.” Daarom waarschuwt hij om niet enkele tienduizenden euro’s te besparen op de bouwkosten van een stal om daarna jaarlijks een meervoud te verliezen. Hij ziet wel mogelijkheden voor eenvoudige bouw bij jongvee en droge koeien, zoals in Zweden met eenvoudige houten constructies.

Koeien lopen buiten

Dat de bouwkosten in Nederland hoger zijn dan in het buitenland is deels een gegeven en heeft een aantal redenen. Een belangrijk aspect is het houderijsysteem. In Ierland en Nieuw-Zeeland lopen koeien een groot deel van het jaar buiten en kunnen ondernemers toe met eenvoudige huisvesting. Hetzelfde is te zien in Israël en delen van de Verenigde Staten, alleen blijven de koeien daar vaak juist binnen in relatief eenvoudige stallen. In landen met een warm klimaat is het gemakkelijker om een eenvoudige bodem van organisch materiaal goed te houden.

Verder hebben Nederlandse veehouders te maken met extra eisen voor ammoniak­emissie, welzijn en welstand. Dat beperkt de mogelijkheden voor alternatieve, eenvoudige systemen. Besparen op de dure onderbouw gaat steeds moeilijker. Ook kosten voor arbeid maken alle bouw in Nederland duur.

Daar komt bij dat stallenbouw ook een stuk cultuur is. Nederlandse melkveehouders gaan ervan uit dat een stal minimaal 30 jaar meegaat en daarom wat mag kosten. Bovendien moet hij er zelf elke dag met plezier in werken. Als een investering elk jaar opnieuw arbeidsvoordeel of -gemak oplevert, goed is voor de koeien en de resultaten, wordt dat extra geld toch wel terugverdiend is de redenering.

Stallen zonder ligboxen

Stallen in het buitenland zijn er in vele vormen en maten. Een overeenkomst bij goedkope stalsystemen is het ontbreken van ligboxen. Paul Galama, onderzoeker duurzame stalsystemen bij Wageningen University & ­Research, doet al jaren onderzoek naar de vrijloopstal. “Toepassingen uit het buitenland bieden zeker kansen om de vrijloopstal verder te ontwikkelen.” Wageningen is daarvoor partner in het Europese project Freewalk waarin verschillende varianten worden onderzocht. Uit internationale verkenningen ziet hij dat in het buitenland de bodem vaak eenvoudiger en goedkoper wordt gemaakt. Dat heeft met de bouwcultuur en wetgeving te maken, maar ook met klimaat, bewerking van de bodem en wat er met de compost/mest gebeurt. Ook de ruimte per koe is zeer verschillend. Galama erkent dat emissie voor Nederland een aandachtspunt is en pleit ervoor om deze niet op stalniveau, maar op ­bedrijfsniveau te bepalen. “Bij organische ­bodems met houtsnippers komt bij opslag en uitrijden minder stikstof vrij dan bij gangbare systemen.”

Nico Vreeburg, specialist stallenbouw bij veterinair adviesbureau Vetvice, is erg gecharmeerd van zand als bodem. “In onder andere stallen in Zweden lijkt dat goed te werken.” Daar zijn speciale machines om het zandbed schoon te houden. “Ik ben overtuigd van de voordelen van zand, het is het beste materiaal voor de koeien. Er zijn wel meer vierkante meters per koe nodig en dat maakt het bouwen duur. Galama haalt voorbeelden uit Denemarken aan waar zeer fijn zand goed wordt gemixt met de mest en zo uitgereden. “Een heel andere benadering die daar goed lijkt te werken.”

Een ander aspect waar besparingsmogelijkheden liggen, is het dak. Vreeburg ziet in het buitenland dat eenvoudige dakconstructies prima functioneren. “Een dak heeft maar twee functies: regen en zon buiten houden.” Het is vooral te danken aan de Nederlandse bouwcultuur en het wisselende klimaat dat veehouders toch voor degelijke, dichte dakconstructies kiezen.

Hij ziet voor Nederland wel mogelijkheden in het actief koelen van koeien zoals in Israël veel wordt toegepast. Daar kunnen koeien een paar keer per uur een koude waterdouche krijgen. Ook worden volop nozzels in ­ventilatoren gebruikt om de staltemperatuur te koelen. Hitte­stress is immers een steeds ­belangrijker thema en zeker als temperaturen in de toekomst ­hoger komen te liggen.

Ook Sleurink benadrukt het belang van het klimaat en ziet voordelen van grote ventilatoren voor mechanische ventilatie en koeling in de stal. “Bedrijven die dat in de warme landen goed voor elkaar hebben, melken veel kilo’s extra per koe.”

Dat stallen in de eerdergenoemde landen niet een-op-een in Nederland bruikbaar zijn is een gegeven. Dat wil niet zeggen dat er geen aspecten van die stallenbouw voor ons ook interessant kunnen zijn. Een aantal daarvan staat hieronder kort toegelicht.

Eenvoudig of open dak

In bekende lagekostenlanden zoals de ­Verenigde Staten, Israël en Nieuw-Zeeland zijn daken eenvoudig uitgevoerd waarbij zijgevels geheel of gedeeltelijk ontbreken.

In Nederland zijn enkele stallen gebouwd met eenvoudig of open dak, waaronder de ‘fietsenstalling’ op het voormalige proefbedrijf Nij Bosma Zanthe. Technisch func­tioneert het wel maar de ongemakken bij slecht weer (voor koeien en melkveehouder) ­maken dat het geen opgang heeft gemaakt. Ook zijn het dak en gevels maar een relatief beperkt deel van de totale investering van een nieuwe stal, ­zeker als een groot deel van de zijgevels wegvallen. Qua ruimtelijke ordening zijn alternatieve dakconstructies altijd een uitdaging, ­zoals bekend met de serrestal.

Koeien koelen met water

Koeien kunnen een paar keer per uur een koude waterdouche uit een waterleiding ­boven het voerhek of in de wachtruimte ­nemen. Vooral toegepast in het Midden-Oosten en landen met (extreem) hoge temperaturen. Dit is dus directe koeling, in tegenstelling tot hogedruknozzels die met fijne druppels warmte uit de lucht onttrekken (mistkoeling).

Het maakt het mogelijk om een relatief eenvoudige wand- en dakconstructie te ­maken omdat het bijdraagt aan beperken van hittestress. Voor Nederland kan het interessant zijn tijdens hete, droge dagen; tijdens perioden met een hoge luchtvochtigheid werkt het minder goed en kan het zelfs averechts werken. Een nadeel is als water bij de mest komt. Er zijn inmiddels enkele aanbieders van dergelijke systemen op de Nederlandse markt.

Dwars- of lengteventilatie in gevel

Met name in de Verenigde Staten, maar ook in andere landen zoals Duitsland, worden stallen uitgevoerd met dwars- of lengteventilatie; grote ventilatoren in de gevel om maximaal verse lucht in de stal te krijgen.

Er zijn weinig argumenten tegen het systeem, behalve dat de stroomkosten door mechanische ventilatie hoger liggen. Het kan in combinatie met een dichte of een open zijgevel, dus de Nederlandse bouwwijze hoeft niet fundamenteel anders. Niet bekend is wat de invloed is op de emissie van ammoniak als er hard lucht over de vloeren wordt geblazen. Dwarsventilatie komt vooral goed tot zijn recht in relatief brede stallen zoals een 0+6+0-stal.

Weglaten mestkelder

Als stallen niet zijn voorzien van een kelder kan dat een forse besparing opleveren op de bouwkosten. Met een schuifsysteem of mest­robot kan de mest worden verwijderd, naar een mestsilo of voor mestscheiding.

Weglaten van de mestkelder gebeurt nog weinig omdat in veel regio’s toch geheid moet worden en dan is het maken van een put logisch. Verder moet buitenopslag binnen het bouwblok worden gerealiseerd. Soms is er geen ruimte of vinden ondernemers het zonde om deze ruimte daarvoor op te offeren. Ook beperkt het weglaten van de put de keuze voor een emissiearm stalsysteem.

Grote groep met bedding zand

Een zachte bodem zonder ligboxen waar koeien in grote groepen in rondlopen bespaart op stalinrichting en draagt bij aan ­gezondheid en welzijn van de koeien en het imago van de sector.

Voor Nederland wordt bij een dergelijk systeem aan de vrijloopstal gedacht. Deze wordt al toegepast maar heeft een aantal ­nadelen, zoals een grotere benodigde oppervlakte en het moeilijk beheersen van de kwaliteit van de zachte (compost)bodem en de terugkomende kosten daarvan. Totale kosten zijn daardoor niet lager. Alternatieven met zand en of een bodem van kunststof materialen worden met interesse bekeken maar er is nog weinig ervaring mee. De vrijloopstal met composterende houtsnipperbodem heeft een emissie van 9,0 kilo ammoniak maar stoot wel meer methaan en lachgas uit.

Eenvoudige houten constructie

Onder andere in Scandinavië en Oost-Europa wordt veel hout gebruikt, ook in relatief eenvoudige constructies.

Een houten constructie is onder Nederlandse omstandigheden niet per se goedkoper dan metalen spanten. In landen met goedkope houten bouwmaterialen en arbeid kan het wel voordelig uitpakken.

Bespaar op de kosten bij nieuwbouw

Ook op de kosten van een traditionele ligboxenstal is te besparen, wat blijkt uit de grote verschillen in bouwkosten per plaats. Bouwkosten zijn te verlagen door:
– Een stal rechttoe rechtaan te bouwen met een beperkt aantal extra ruimten.
– Het weglaten of kleiner uitvoeren van de mestkelder, bijvoorbeeld niet onder de voergang. Er moet dan wel elders opslag van mest mogelijk zijn.
– Een bovenbouw van een eenvoudige constructie zoals een serrestal of open zijgevels.
– Gebruik te maken van goedkope materialen en constructies, waar mogelijk tweedehands.
– Een compact melksysteem met minimale automatisering. Dat kan wel ten koste gaan van arbeidsefficiëntie en technische resultaten.
– Zijgevels uit te voeren met zeil in plaats van dezelfde meters laten metselen.
– Een sobere afwerking aanbrengen zoals vlinderen in plaats van coaten.
– Alle partijen vroegtijdig bij het proces te betrekken. Onverwachte meerkosten maken de stal snel duurder.

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin