Hoewel ook landen in Zuidoost-Azië niet immuun zijn voor ontwikkelingen op de wereldmarkt, neemt de vraag naar zuivel in deze regio komende jaren verder toe. Rabobank ziet kansen voor zowel lokale als internationale zuivelondernemingen.
De vooruitzichten voor zuivelondernemingen actief op markten in Zuidoost-Azië zijn goed. Dat valt op te maken uit een recent verschenen marktrapport van Rabobank. De regio staat volgens de bank aan de vooravond van handelsherstel. Rabobank keek in het bijzonder naar de marktontwikkelingen in Indonesië, Filipijnen, Maleisië, Thailand, Singapore en Vietnam. Landen waar ook het Nederlandse FrieslandCampina actief is. Er wordt door de zuivelonderneming fors geïnvesteerd in nieuwe fabrieken in Indonesië en Maleisië.
De afgelopen jaren waren nogal tumultueus voor de wereldeconomie. De oorzaken zijn bekend. Vooral de pandemie en de oorlog in Oekraïne waren van grote invloed. Dit resulteerde in Zuidoost-Azië in een zwakke economische groei. Vanaf 2024 ziet Rabobank de regio als lichtpuntje in een steeds trager wordende wereldeconomie. Het Internationaal Monetair Fonds gaat voor de periode 2023-’28 uit van een gemiddelde groei van de economieën in Zuidoost-Azië tussen 4 en 7%.
Zuivelmarkt goed voor bijna 13 miljard kilo melk
Ondanks de tegenwind liggen er voor de Zuidoost-Aziatische markten dus betere tijden in het verschiet. Rabobank schat de omvang van de zuivelmarkt in Zuidoost-Azië op bijna 13 miljard kilo melkequivalenten in 2022. Voor de pandemie groeide de markt tussen 2010 en 2019 jaarlijks met 4%, goed voor een groei van meer dan 3,7 miljard kilo melk. Tijdens de covidpandemie in de periode 2020-’22 vertraagde de groei naar 1,4%. Nu is er volgens de bank zicht op betere jaren. De omstandigheden op de consumentenmarkt verbeteren, met een naar verwachting betekenisvoller herstel vanaf 2024 naarmate de inflatie afneemt.
Importbehoefte neemt toe
De Zuidoost-Aziatische regio heeft voor melk een gemiddelde zelfvoorzieningsgraad van 74%. De importbehoefte schat Rabobank voor 2022 op 9,9 miljard kilo melkequivalenten. In China was in hetzelfde jaar sprake van een importgat van rond 14 miljard kilo melkequivalenten. In een volgens de bank plausibel scenario neemt de importbehoefte in Zuidoost-Azië toe naar 11,5 miljard in 2030. Rabobank gaat voor dit jaar nog uit van een krimp van de importvolumes van 2%, voordat de import in 2024 met 3% gaat toenemen. In de jaren daarop neemt de importbehoefte naar verwachting verder toe als gevolg van een toenemende vraag gecombineerd met lokale productiebeperkingen.
Uitdagingen op het gebied van voerkwaliteit, genetica, kapitaal en andere hulpbronnen vormen grote hindernissen voor een sterke groei van het binnenlandse melkaanbod in Zuidoost-Azië. Naar verwachting komt hier komende jaren geen verandering in.
Dit biedt kansen voor zowel de lokale zuivelondernemingen als zuivelexporteurs. Wat betreft de export wordt de regio van oudsher gedomineerd door partijen uit Oceanië, maar er liggen ook kansen voor spelers uit andere regio’s. De bank verwacht flinke competitie. Dit betekent voor zuivelondernemingen dat prijsconcurrentievermogen, distributie, ontwikkeling van nieuwe producten en marketing van cruciaal belang zijn voor succes in de regio op de lange termijn.