Elke vijf jaar is er in de stierindexen een aanpassing van fokwaarde. De volgorde in de stierenlijst verandert niet, maar het niveau daalt wel.
Tijdens een presentatie door het rekencentrum AEU (Animal Evaluation Unit) bleek dat de basisaanpassing losstaat van de praktijksituatie. Zo is de gemiddelde levensduur met ruim 200 dagen toegenomen terwijl de gemiddelde koe al vijftien jaar lang rond 1.100 dagen oud wordt.
Volgens het hoofd van het rekencentrum, Gerben de Jong, gaat de erfelijke aanleg wel vooruit, maar benutten veehouders de aanleg onvoldoende. In de afgelopen vijftien jaar zijn de koeien twaalf punten voor uier en veertien punten voor totaal exterieur vooruitgegaan, zo blijkt uit de genetische trend. Het blijft in het midden of melkveehouders deze vooruitgang in exterieur van hun koeien ook zo ervaren.
Nieuwe kenmerken in stierindexen
De vruchtbaarheid herstelt zich, aldus De Jong. Na jaren van neergang en stabilisatie lijkt de gemiddelde koe iets beter vruchtbaar. Tevens zijn er nieuwe fokwaarden voor reproductieklachten en stofwisselingskenmerken. Vooralsnog hebben de afzonderlijke kenmerken een lage erfelijkheid waardoor er veel moeite en tijd aan besteed moet worden om vooruitgang te boeken. Aangezien er al een overschot aan fokwaarden is, worden de nieuwe kenmerken samengevoegd tot de index reproductiestoornissen en de index stofwisselingsaandoeningen.
De fokwaarde voor voeropname wordt per april 2020 verbeterd. Meer onderzoek maakte duidelijk dat de erfelijkheid van voeropname voorheen te hoog was ingeschat. Ook de fokwaarde AMS interval wordt gecorrigeerd, omdat meer data bekend zijn. Veehouders zullen zien dat jonge stieren enkele punten zullen zakken voor dit kenmerk.
Voorsprong in stand benen voor Nederlandse koeien
Hoewel de fokwaarde benen zich heeft verbeterd, komt er toch een fokwaarde ‘stand voorbenen’. Vanuit de praktijk zijn er klachten geweest dat de voorbenen van koeien een X-stand, de zogenoemde Franse stand, aannemen. De fokwaarde stand voorbenen kan extremen van de Franse stand voorkomen, al bleek uit de toelichting dat het stalsysteem en voerhek van grote invloed zijn op de stand van de voorbenen.
Voor stieren in het buitenland lijkt een beenstandscore boven de 100 nauwelijks haalbaar. Volgens De Jong is de omrekening van benenscore vanuit het buitenland naar Nederlandse omstandigheden erg lastig, waardoor er voorzichtig wordt geschat. Daarbij komt dat een van de speerpunten van het Nederlandse fokbeleid het kenmerk benen is, waardoor er een grote voorsprong is ontstaan van de in Nederland geselecteerde stieren.