Opslag van energie in accu’s staat in de belangstelling en ook op melkveebedrijven zijn inmiddels de eerste installaties geplaatst. Soms uit noodzaak, soms om geld te verdienen met optimalisatie van eigen energieverbruik en de onbalansmarkt. Het blijft een investering die zich moeilijk laat voorrekenen.
De laatste tijd staat energie weer volop in de belangstelling. Was het twee jaar geleden vooral door de fors gestegen prijzen, nu is het tijdelijk overaanbod en te krappe infrastructuur (netcongestie) actueel. Daardoor wordt stroom leveren aan het net op bepaalde momenten ongunstiger en op andere momenten juist gunstiger. Tegelijkertijd investeren steeds meer ondernemers in opslag van energie, om daarmee in te spelen op de wisselingen van de zogenoemde onbalansmarkt. Op momenten van lage of negatieve stroomprijzen wordt de batterij geladen; bij hogere prijzen levert de batterij de stroom aan het net. Daarbij zijn er twee markten waarop ondernemers stroom kunnen leveren en afnemen. De eerste is de EPEX-day-aheadprijzen (of APX). Dat is de energiemarkt waarop transacties een dag voor de daadwerkelijke levering worden gesloten. De tweede is de onbalansmarkt. Die is gebaseerd op het verschil tussen de voorspelde en de werkelijke vraag en aanbod op het elektriciteitsnet.
Verschil in aansluiting
Bij de afweging om met accu’s te gaan werken is het belangrijk onderscheid te maken tussen bedrijven met een kleinzakelijke (3 x 80 ampère of kleiner) en grootzakelijke aansluiting. Bedrijven met een grootzakelijke aansluiting en eigen energieproductie hebben vaak een SDE-subsidie en kunnen geen gebruik maken van saldering. Dat in tegenstelling tot de andere groep die vooralsnog vaak vooruit kan met de salderingsregeling en een vast energiecontract. Daardoor komt de belangstelling nu voornamelijk van de eerste groep, vooral als de SDE-subsidie tegenvalt en ze de eigen stroom beter willen verwaarden. Overigens hebben de meeste melkveebedrijven (naar schatting rond de 80%) een kleinzakelijke aansluiting.
Daarnaast is er verschil tussen bedrijven met en zonder eigen energieopwekking. In veruit de meeste gevallen komt interesse voor opslag van energie vanuit bedrijven met zonnepanelen en/of windmolen, maar vanzelfsprekend is het niet. Het handelen op de onbalansmarkt kan namelijk ook zonder eigen productie.
Vanuit de melkveehouderij is er nog maar beperkte interesse in accu’s, merkt Wouter Lampert, projectleider energie bij DLV Advies. En die er staan zijn niet altijd om direct geld mee te verdienen. “In een aantal gevallen gebeurt het als de aansluiting te klein wordt bij een uitbreiding en de accu nodig is om over de dag heen voldoende vermogen te hebben.” Er zijn ook enkele bedrijven die een accu aanschaften, omdat ze de stroom van de eigen zonnepanelen niet kunnen leveren op het net, met name als de aanvraag van een grootzakelijke aansluiting lang op zich laat wachten.
Hij benadrukt dat een betrouwbare begroting nauwelijks is te maken, omdat de markt zeer onvoorspelbaar is en prijzen sterk kunnen verschillen. “Het blijft een businesscase met weinig zekerheden.”
Handelen op onbalansmarkt
Om te kunnen handelen op de onbalansmarkt moet aan een aantal voorwaarden voldaan zijn. Het begint met een aansluiting met voldoende ruimte, zowel voor levering als teruglevering van stroom. Voor het eigen stroomverbruik is immers ook een deel van de capaciteit nodig. Hoe minder ruimte, hoe langer de accu moet laden en dus des te lager het rendement. Ook de capaciteit naar de netbeheerder moet voldoende groot zijn en vermogen twee kanten op laten gaan.
En natuurlijk is er een accu nodig. De investering in een accu van 100 kWh bedraagt al gauw € 75.000. Er wordt gerekend met kosten van € 500 tot 900 per kWh. Groot is niet altijd beter; de omvang van een accu moet aansluiten bij de snelheid van laden. Gezien de relatief korte perioden dat er onbalans is, moet een accu snel kunnen laden. Een relatief kleine accu is dan interessanter. Lampert hanteert de vuistregel dat een accu minimaal het dagverbruik van een bedrijf moet kunnen afdekken. “Maar ook de capaciteit van de eigen panelen en de aansluiting is bepalend.”
Bovendien waarschuwt hij om bij handelen op de energiemarkt met betrouwbare partijen zaken te doen. Hij heeft drie punten om te beoordelen: de partij die het geheel gaat aansturen (aggregator; zie kader Met veel partijen te maken), het energiecontract en de aansturing van de omvormers van de zonnepanelen.
In 4 jaar terugverdienen
Adviseurs benadrukken dat veehouders zich goed moeten laten informeren. Voor Danny Engelen, mede-eigenaar van MijnZonneveld, begint elke investering in ‘eigen energie’ met een analyse van het huidig en toekomstig energieverbruik. Daarbij wordt rekening gehouden met groei van of veranderingen binnen het bedrijf.
MijnZonneveld heeft software om afname, productie en levering van stroom slim te managen. “Batterijen worden steeds belangrijker, maar de opbrengsten zijn sterk afhankelijk van de manier waarop ze worden ingezet.” Engelen ziet in calculaties dat investeringen om alleen opgewekte energie op te slaan en de volgende dag te gebruiken, vaak lastig zijn terug te verdienen. “Maar als de batterij ook wordt ingezet in de onbalans- of frequentiemarkt kan een ondernemer extra inkomsten genereren.”
Engelen verwacht dat ondernemers die goed kunnen handelen op de onbalansmarkt een investering zomaar in vier jaar tijd kunnen terugverdienen. Daarbij wordt maar beperkt rekening gehouden met de eigen stroombehoefte op het bedrijf. Hij omschrijft dat als een ‘terugvalmodus’. “We weten niet hoe lang het interessant blijft om te handelen op de onbalansmarkt. Mocht dat niet meer het geval zijn, dan is de accu nog bruikbaar voor eigen gebruik.” In dat geval rekent hij met een terugverdientijd van acht tot negen jaar.
Kleinzakelijke aansluiting
Vooralsnog is de meeste interesse voor accuopslag vanuit grootzakelijke aansluitingen. Bij kleinzakelijke aansluitingen fungeert de salderingsregeling immers als accu. Bovendien zorgt de opzet van energiecontracten ervoor dat de onbalanshandelswinsten bij kleinzakelijke aansluitingen vooral bij de energieleverancier terechtkomen. Er zit wel wat ontwikkeling in: zo hebben Streekenergie VanOns en Peta Watts een dynamisch+ energiecontract waarbij een ondernemer wel profiteert van de rendementen met een accu.
Wouter Veefkind, programmamanager energie bij LTO Noord, geeft aan dat LTO Noord een aanvullend concept heeft dat aan de hand van een maatwerkberekening inzichtelijk maakt wat het te verwachten rendement is. Daarbij kunnen ondernemers met een kleinzakelijke aansluiting op de EPEX/onbalansmarkt handelen.
Niet iedereen is overigens enthousiast over handelen op de onbalansmarkt voor kleinverbruikers. Zo benadrukt Engelen dat bedrijven dan niet meer kunnen salderen en overgeleverd zijn aan een energiecontract zonder zekerheden. “Laat je altijd goed voorlichten over de werkelijke risico’s”, adviseert hij ondernemers.
Wat voor ieder bedrijf zonder vast contract interessant is, is maximaal stroom gebruiken als prijzen laag of zelf negatief zijn. Volgens Veefkind kunnen melkveehouders de eigen stroomsituatie optimaliseren door meer stroom op tijden te gebruiken bij negatieve prijzen. Hij ziet kansen als bedrijven meer flexibel stroom gaan gebruiken. Bijvoorbeeld het opwarmen of koelen van water is vaak niet tijdgebonden evenals het opladen van accu’s voor machines. Ook bij ontwikkelingen als stikstofkrakers en mestvergisting kan stroom op gunstige tijden worden gebruikt.