Scott McKillop gebruikt drie weersvoorspellingen, kijkt naar het gedrag van wilde dieren en gebruikt activiteitmeters om zijn bedrijfsvoering aan te passen.
Of het nu gaat om het gebruik van zijn weiden, het voeren van zijn koeien of om beslissingen over het planten, zaaien, oogsten of maken van silage, Scott McKillop bekijkt altijd eerst meerdere bronnen voor klimaatsvoorspellingen voor het seizoen en de lange termijn. Daarvoor kan de melkveehouder een beroep doen op informatie van belangenvereniging Dairy Australia, onderzoeksbureau CSIRO en het Australische Bureau voor Meteorologie. “Maar we zoeken ook naar lokale kennis”, geeft McKillop aan. “We luisteren naar de oudere generatie met veel ervaring. Zij hebben dingen gezien in het verleden die op verandering wijzen. Dieren die migreren bijvoorbeeld, zoals mieren of schildpadden.”
McKillop onderstreept dat de weerpatronen van de seizoenen in het noordoosten van de deelstaat Victoria aan het veranderen zijn. “We hebben minder zekerheid. De patronen zijn wazig. We krijgen niet meer die duidelijke herfst, winter, lente en zomer die we ooit hadden. Je kon in deze regio altijd rekenen op een mooi groen voorjaar en een droge zomer. Nu hebben we te maken met meer verscheidenheid in de voorjaarsregens, drogere winters en meer vochtigheid en regenval in de zomer.”
Het aantal warme dagen in de regio, met temperaturen boven de 35 graden Celsius, neemt ook toe. “Natuurlijk geeft dat meer hittestress bij op onze koeien”, zegt McKillop. “En we hebben ook meer extreme regenval. We krijgen grote volumes regen in korte tijd. Dat veroorzaakt weer schade aan onze paden en wegen, die we hard nodig hebben om ons vee te verplaatsen rond de boerderij.”
Andere voedergewassen
Aanpassen betekent voor McKillop dat hij zich flexibel moet opstellen in zijn bedrijfsvoering. “Ik moet omschakelen. Nu de zomers heter en natter zijn, plant ik tropische gewassen zoals sorghum. Dat is nu een belangrijker deel van ons voerareaal.”
McKillop heeft recent nog een veld met brassica geoogst. “Dat veld was een beetje verwaarloosd. Het was een lastig stuk grond met veel rotsen en bomen. Maar het lukte ons uiteindelijk om er te zaaien en nu levert het een goede kwaliteit voer voor ons jongvee.”
De melkveehouder kijkt steeds drie maanden vooruit bij het maken van planningen. “Vorig jaar bijvoorbeeld, met de natte vooruitzichten hier, hebben we de bemesting vroeg op het landen verspreid, toen het nog droog genoeg was.” McKillop gebruikt een mix van stikstof, zwavel, fosfor en kali om een vroeg inkuilseizoen te bevorderen. “We hebben een goed seizoen achter de rug, met 2.100 ton kuilvoer”, maakt hij duidelijk. “Daaraan hebben we voor anderhalf jaar aan voer.”
De Australiër merkt dat alleen beweiden de resultaten drukt. “Kuilvoer maaien en gras oogsten maakt deel uit van ons weidebeheer”, beklemtoont McKillop. “Bij alleen beweiden holt de graskwaliteit achteruit. Dat leidt tot hogere vezelgehaltes, verlies aan eiwit en energie en de melkproductie loopt dan terug.”
Afwisselend maaien en weiden biedt volgens McKillop ook later in het seizoen voordeel. “Mede door de toename van regenval in de zomer kunnen we nu meer en langer kuilgras en voedergewassen oogsten. Dus de klimaatsverandering biedt ons ook kansen.”
Voor de McKillops was 2020 een geweldig groeiseizoen, zegt McKillop. “In de herfst hoefden we ons spoelwater niet zo vaak te gebruiken voor beregening omdat het bleef regenen en regenen. We hebben het daarom gescheiden en de dikke fractie over onze weilanden verspreid. We proberen daar de organische stof op te bouwen.”
Met data voer besparen
Om de koeien enigszins te beschermen tegen de toenemende hitte, heeft McKillop halsbandtransponders gekocht om de activiteit van de melkkoeien te registreren. Zo krijgt hij informatie over de impact van extreem weer op de koeien, bijvoorbeeld tijdens een hittegolf. De halsbanden geven elke 10 minuten feedback over de activiteit van een koe.
McKillop bekijkt die data elke ochtend en avond op zijn computer. “Het geeft ons informatie over vreettijden, herkauwgedrag en activiteiten. Bij afwijkingen krijg ik een melding op mijn telefoon. Dankzij alle data die we hebben verzameld, hebben we ons voederpatroon kunnen bijstellen en besparen we 10% tot 15% op aangekocht graan. Ook hebben we de vezelinname kunnen oprekken in het seizoen.”
Om zijn koeien wat koeler te houden in de zomer en ze van voldoende water te voorzien, heeft McKillop meer drinkers geïnstalleerd bij de melkstallen. “Je moet voldoende water bieden aan je koeien”, zegt hij. En ze moeten het snel kunnen drinken. Een Holstein drinkt 150 tot 160 liter per dag als het echt heet is. We laten ze niet te ver lopen als de temperaturen boven de 30 graden komen. We doen er alles aan om ze het naar de zin te maken want als wij niet voor ze zorgen, dan zorgen zij ook niet voor ons”
Scott McKillop en zijn vrouw Belinda hebben een melkveehouderij met vleesvee bij Dederang in de Australische deelstaat Victoria. Ze melken met 380 Holsteins 3 miljoen liter melk/jaar. Er zijn grofweg 250 kalvingen in de herfst( (maart tot eind mei) en 100 aan het eind van de winter (augustus en september). Er is 200 hectare grasland en voedergewassen voor melkvee en 300 hectare grasland en voedergewassen voor vleesvee en vaarzen. Jaarlijks verkopen de ondernemers 300 vaarzen voor export.