Er is momenteel veel belangstelling voor de teelt van voederbieten voor melkvee, onder andere als derde gewas. Melkveehouder Kees Kolen heeft er al 25 jaar goede ervaringen mee.
Kees Kolen (49) melkt 100 koeien en houdt 60 stuks jongvee in Wijster (Dr.) op 38,5 hectare, waarvan 35 ha gras en 3,5 ha voederbieten. Hij is een fervent voorstander van voederbieten in het melkveerantsoen. Door intensivering van melkveebedrijven neemt de belangstelling onder melkveehouders voor de teelt van voederbieten toe, omdat het een hoge kVEM-opbrengst per hectare oplevert. Ook kunnen veehouders met dit gewas voldoen aan de vergroeningseis gewasdiversificatie.
Waarom voederbieten als koeienvoer?
“We telen voederbieten al sinds 1990, omdat we toen grond over hadden voor het verbouwen van een extra energierijk gewas. Omdat we er goed op melken, zijn we nooit meer van voederbieten afgestapt. De voederbieten leveren extra energie, de voederwaarde is met 1100 VEM ongeveer 100 VEM hoger dan mais. De voederbieten passen goed in het melkveerantsoen, de smakelijkheid van het gewas stimuleert de ruwvoeropname.”
Wat zijn de pluspunten van voederbieten?
“Door de hogere voeropname, werken voederbieten in het rantsoen positief op de melkproductie en het verhoogt de gehaltes in de melk. Onze koeien produceren nu gemiddeld 8.500 liter melk per jaar met 4,80% vet en 3,80% eiwit. Voordat we bieten voerden, waren de gehaltes aanzienlijk lager, die lagen toen op 4,25% vet en 3,45% eiwit. Ook zijn voederbieten gunstig voor de mestbalans, met name wat fosfaat betreft.”
Wat is belangrijk bij de teelt?
“Goed uitgangsmateriaal. Vroeger teelden we het ras Kyros, de laatste jaren het ras Rialto. Voor goede opbrengsten heb je een zuivere voederbiet nodig en geen veredelde suikerbiet. Ook is het belangrijk om een ras te kiezen met ronde, gladde bieten, zodat er minder grond aan de bieten blijft hangen. Daarnaast moet je, afhankelijk van de ziektedruk op een perceel, letten op rhizomanie- en rhizoctoniaresistentie en -tolerantie van de rassen.”
Hoe oogsten en opslaan?
“Het rooien gebeurt door een loonwerker met een Grimme rooimachine die hij ook gebruikt voor het rooien van suikerbieten. Als het weer het toelaat, proberen we de bieten zo laat mogelijk uit de grond te halen, want elke dag extra groei verhoogt de opbrengst per hectare. Bij de oogst is het belangrijk om niet te ontkoppen, maar te ontbladeren, want dat komt de bewaring van de bieten ten goede. We slaan de voederbieten op in een sleufsilo. Alleen als het gaat vriezen, dek ik de hele partij af met autobanden en daarover heen plastic met een luchtlaag tussen de bieten en het plastic.”
Hoe voer je de suikerbieten?
“We voeren de bieten vanaf half september tot eind april, dus alleen als aanvulling van het winterrantsoen, dat verder uit kuilgras en mais bestaat. Voorafgaand aan het voeren maken we de bieten schoon in een bietenreiniger en daarna laden we ze in een voer/snijbak, om ze te versnijden. Het doseren van de bieten aan het voerhek doen we twee keer daags. Naast hogere gehaltes heeft het hoge energiegehalte van de bieten als voordeel dat ik geen koeien met slepende melkziekte zie.”