Tijmen Nagel kiest voor duurzaam met een lage input. Hij melkt bijna 200 koeien met een gemiddelde productie van 7.000 kilo. “Met lage kosten draaien we een prima saldo. En met een eenvoudige bedrijfsstrategie koop ik vrijheid”, zegt Nagel.
Het melkveebedrijf van familie Nagel in Beilen staat vlakbij natuurgebied Dwingelderveld. In 2010 startten ze een compleet nieuw bedrijf op deze plek. Eerst de ligboxenstal en in 2020 een jongveestal. Daarvoor hadden Tijmen en zijn vrouw Ingrid een melkveebedrijf in Bunschoten-Spakenburg (U.) waar ze vanwege natuur- en recreatieontwikkeling zijn uitgekocht. “In Beilen kochten we twee boerderijtjes met het land tegen elkaar aan, zodat een huiskavel van 80 hectare ontstond. Een mooie plek voor maximale weidegang”, vertelt Tijmen Nagel.
Sturen op lage kostprijs
Nagel is duidelijk over zijn bedrijfsstrategie. “We houden het graag simpel. Alles wat we niet uitgeven, hoeven we ook niet terug te verdienen.” Hij stuurt op een lage kostprijs en veel gemak, te beginnen met een super eenvoudig rantsoen van gras en brok. “We voeren zo veel mogelijk eigen gras en zo min mogelijk brok. In de weideperiode alleen lokbrok in de melkstal en maximaal 5 kilo krachtvoer, alleen voor verse koeien.”
Nagel weidt zijn koeien maximaal, ook omdat zijn afnemer Vreugdenhil een bovengemiddelde weidegang stimuleert met een premie. “In 2022 waren onze koeien 262 dagen buiten, in totaal 4.001 uur”, zegt hij lachend. “Onze koeien halen hun voer zelf op door stripgrazen, zonder bijvoeding op stal. Dat kost weinig werk in vergelijking met dagelijks voeren van een gemengd rantsoen op stal. Ik haal mijn koeien op met een quad en verzet twee keer daags de draad. Het melkvee graast meestal op etgroen, het beste gras.”
Het jongvee weidt op een eigen blok en droge koeien weiden achter het melkvee aan. De ondernemers werken met een opvallende veestapel. Geen Holsteins, maar kruislingen van diverse robuuste dubbeldoelrassen, zoals Brown Swiss, MRIJ, Montbéliarde, Fleckvieh, Blaarkop en Witrik. Alle vee wordt gedekt met zelf opgefokte stieren, aangekocht als nuka. Nagel heeft negen stieren, drie in drie leeftijdscategorieën.
Een concessie van een rantsoen met weinig krachtvoer en robuuste melkveerassen is een gemiddelde productie van 7.000 kilo melk per koe. “Geen topproductie, maar ik wil ook helemaal niet plankgas boeren. Want met weinig input en weinig output, hadden we in 2022 toch een prima brutomarge van ruim 43 cent per kilo melk. En er staat een systeem met arbeidsgemak, weinig trammelant en lage kosten tegenover. Wij hebben met 39 cent per liter de laagste kostprijs van onze bedrijfseconomische studieclub. Onze voerkosten zijn met € 11 per 100 kilo melk laag, evenals de diergezondheidskosten door robuust vee”
Duurzaam boeren
Nagel is deelnemer aan het project Duurzaam Boeren Drenthe, waaraan de helft van de Drentse boeren meedoet. “Ons extensieve bedrijf past goed bij projectdoelen gericht op water, bodem en lucht. Veel weiden, waarmee ook de ammoniakuitstoot vermindert, is een van de kpi’s”, zegt de ondernemer. Hij krijgt, net als de 380 andere deelnemende boeren in het Drentse project, een bijdrage van maximaal € 5.000 per jaar als hij aan duurzaamheidsdoelen voldoet. “Ik speel ook graag in op wat de markt vraagt aan duurzaamheid.” Hij heeft al geïnvesteerd in 156 zonnepanelen, een frequentieregelaar op de vacuüm- en melkpomp en een warmtepomp. “We wekken zelf energie op en de melk wordt efficiënter gekoeld.”
De meest recente investering is een sleufsilo, uitgerust met een automatisch afdeksysteem voor een lasagnekuil van alle maaisneden. Nagel wil niet kwijt wat hij hieraan kwijt was. “Veel geld, maar het is een investering voor minimaal twintig jaar en het afdekkleed verdien je terug door jaarlijkse besparing op landbouwplastic. En het is gemak, ook voor onze opvolging. De perfecte kuilafdichting zorgt voor een goede kuilgraskwaliteit en dat is belangrijk en ook winst”, stelt Nagel.
De eerste snede van 76 hectare komt als eerste in de sleufsilo, daarna komt er elke veertien dagen een maaisnede bovenop. “Ik maai percelen na twee keer weiden schoon, dat is meestal 20 hectare per keer.”
De Drentse melkveehouder wil ook de methaanuitstoot verlagen. Om Bovaer in een mineralenmengsel te kunnen voeren, wordt een granulaatstrooier op zijn voerwagen gemonteerd. “DSM en Vreugdenhil subsidiëren dat. Voor een hoge eiwitefficiëntie, staat er 31 hectare grasklaver en is 10 hectare ingezaaid met een mengsel van grasklaver en kruiden. Klaver bindt stikstof en kruiden zijn droogteresistenter en geven meer structuur. Van de nieuwe inzaai is alles vergoed door Vreugenhil, behalve het kilveren. Hierop is dan alleen een kleine startgift in het begin van het seizoen toegestaan.”
Verdere optimalisatie
In 2020 ging het jongvee naar de nieuwe jongveestal met mechanische ventilatie. “De koeienstal staat nu vol en wij optimaliseren de bedrijfsvoering. We werken met Koekompas en met Cowvision van Agrovision. Elk jaar werken we aan verbeteringen via onze Dirksen Management Support-studieclub, onze dierenarts van Het Drentse Hart en onze voeradviseur van E.J. Bos. Vorig jaar is de uiergezondheid verbeterd met diverse hygiëne-maatregelen in de melkstal en droogzetten van alle koeien”, vertelt Nagel. “En afvoer van twaalf koeien met chronische mastitisproblemen. Dat doe je niet graag, maar het heeft wel veel geholpen. Het celgetal daalde van 300 naar 158 en dat levert geld op. Als we met het celgetal onder 185 blijven, levert dat op jaarbasis € 20.000 aan bonus van Vreugdenhil op.”
Het management van de droge koeien is ook bijgesteld, waardoor de kalversterfte halveerde, van 20 naar 9,5%. “De droge koeien liepen te lang buiten. Te weinig energie in het gras leidde tot zwakke kalveren. We stallen ze nu eerder op en voeren droogstandsbrok. De biestkwaliteit is verbeterd en we hebben minder problemen met afkalven. We meten nu ook de brixwaarde en vriezen alleen goede kwaliteit biest in, die we voor een deel verkopen aan biest.nl.” Na de biestperiode voert Nagel gepasteuriseerde volle melk.
Sinds februari scant de dierenarts eens per zes weken op dracht en spuit zo nodig koeien tochtig. “De tussenkalftijd ging omlaag naar 371 dagen en dat verlaagt de veevervanging naar 16%.” Nagel houdt jaarlijks veertig vaarskalveren aan. “Alleen die in juli tot januari ter wereld komen, zodat die in het voorjaar ook kunnen weiden.
Nagel gelooft in een extensieve en duurzame melkveehouderij en een arbeidsvriendelijk bedrijfssysteem. “Dat is voor ons de toekomst, daar sorteren we op voor. Dat is ook belangrijk voor mogelijke opvolging van het bedrijf door onze kinderen Rens van 17 en Stella van 14. Met een eenvoudige bedrijfsvoering en inzet van losse arbeid en vrijwilligers koop ik vrije tijd. Dat is iets wat ik onze kinderen in de toekomst ook gun.”