Om binnen de fosfaatruimte zo veel mogelijk melk te kunnen produceren houdt Joost Onland nog maar 90 stuks jongvee op 210 melkkoeien. “Ieder kalf dat we aanhouden, moet dus goed zijn”, stelt hij. Dit werkt volgens de melkveehouder het beste met een consequent fokbeleid.
Door de fosfaatwet heeft ook Joost Onland zijn bedrijfsstrategie moeten bijstellen. De veehouder heeft in Haaksbergen een bedrijf met 210 melkkoeien op ruim 60 hectare grond. Waar hij in het verleden veel vaarskalveren aanhield om te kunnen groeien, heeft hij de omvang van de jongveestapel nu teruggebracht tot 90 stuks. “Hierdoor kan ik binnen de fosfaatruimte maximaal melk produceren”, legt hij uit.
Minder kalveren, meer vooruitgang
Echt nadelen ondervindt Onland niet van het gewijzigde aanhoudingsbeleid. Maar het leidde wel tot een andere denkwijze over fokkerij. ‘Waar ik vroeger nauwelijks selecteerde, wil ik nu van een kalf al weten of het een goede koe kan worden. Zo kan ik met minder kalveren toch genoeg vooruitgang boeken in de fokkerij’, legt hij uit. Onland beoordeelt of een kalf later bij de top gaat horen op basis van merkerfokwaarden. “Of merkerselectie werkt, is wat mij betreft geen punt van discussie meer. Ik zie in de praktijk dat de merkeruitslagen gewoon kloppen”, verklaart de veehouder.
Snelle productiestijging
Onland is ervan overtuigd dat een hoge melkproductie per koe voor zijn bedrijf economisch het meest interessant is. Productie is dan ook een belangrijk onderdeel van het fokdoel. Momenteel is het rollend jaargemiddelde (bij tweemaal daags melken) 11.700 kilo melk met 4,14% vet en 3,58% eiwit. Sinds de veehouder gebruikmaakt van merkerselectie is de melkproductiestijging snel gegaan. In 2016 zat het rollend jaargemiddelde nog op 10.500 liter melk met 4,27% vet en 3,50% eiwit.
Uiergezondheid in fokdoel
Naast productie neemt Onland ook uiergezondheid mee in de fokkerij. “De uiergezondheid is met het gebruik van merkerfokwaarden beslist te verbeteren”, verklaart hij. “Dat is belangrijk voor de levensduur, want celgetalproblemen zijn een belangrijke reden om koeien af te voeren. Bovendien staat een goede uiergezondheid voor mij gelijk aan werkplezier”, legt Onland uit.
Daarnaast houdt de veehouder in zijn fokdoel rekening met functioneel exterieur. Daarbinnen ligt de nadruk op beenkwaliteit. “Consequent blijven, is het belangrijkst in de fokkerij”, benadrukt Onland. “Dit wil zeggen dat je altijd vast moet blijven houden aan het gestelde fokdoel.”
Strategie werkt
Om de genetische potentie van zijn veestapel maximaal te benutten maakt Onland volop gebruik van gesekst sperma. Alle pinken en de vaarzen en koeien met de allerhoogste fokwaarden worden geïnsemineerd met SiryX-sperma van de beste InSirestieren, terwijl negentig procent van de vaarzen en koeien drachtig wordt gemaakt van Belgisch-witblauwstieren. Het selecteren van de beste dieren en het maken van paringen laat de veehouder over aan het Stier Advies Programma (SAP).
“We zien dat deze strategie werkt”, stelt Onland tevreden vast. De merkerfokwaarden van het jongvee zijn gemiddeld 263 NVI, terwijl die voor de drachtigheden al uitkomen op 312 NVI.
Joost Onland: ‘Merkerselectie werkt, we zien de fokwaarden snel stijgen.’
Fokkerij op koers met Fokken op Maat
Van een jong kalfje een fokwaarde bepalen met de betrouwbaarheid van een derdekalfskoe? Het kan met merkeronderzoek aan de hand van erfelijk materiaal uit een haarfollikel of een oorbiopt. Om u te ondersteunen bij de toepassing van merkerfokwaarden heeft CRV het Fokken op Maat ontwikkeld. Via de HerdOptimizer-applicatie, die een belangrijk onderdeel is van Fokken op Maat, houdt u overzicht over de schat aan informatie die via merkeronderzoek beschikbaar komt. Zo volgt u doorlopend of uw fokkerij op koers ligt en werkt u doelgericht aan een veestapel die maximaal bijdraagt aan uw eigen fokdoel.
Bent u nieuwsgierig naar de mogelijkheden van Fokken op Maat voor uw bedrijf? Kijk dan op www.crv4all.nl/service/fokken-op-maat, neem contact op met uw CRV-veestapeladviseur of bel met de CRV Klantenservice: 088 00 24 440.