“Melkveehouders vragen me vaak welk systeem ze moeten kiezen voor het beste resultaat bij automatisch voeren. Maar in de praktijk zie ik dat de grootste verschillen niet komen door het type systeem, maar veel meer door hoe het systeem wordt toegepast. Daar zit de winst”, vertelt Casper Roetman, die als specialist Stalautomatisering alles weet over de praktijk van automatisch voeren.
Roetman zet de 5 belangrijkste tips bij een automatisch voersysteem voor u op een rij.
1. Goed ruwvoer blijft de basis
De kwaliteit, smakelijkheid en temperatuur van het ruwvoer zijn heel belangrijk. Een voerrobot kan niet warm, matig ruwvoer niet verbeteren. Schenk dus veel aan aandacht het in- en uitkuilen.
2. Maak de kuil goed open
Als de voerrobot een hap uit de voerbunker neemt, moet u deze zo hebben gevuld, of de blokken zo hebben staan, dat hij steeds een goede hap te pakken heeft. U dient dus goed na te denken over de volgorde waarin het voer wordt uitgehaald, of een heel goede lasagnekuil maken. Zorg daarbij ook dat het oudere voer eerst opgaat, zodat u vers voert en minimale verliezen hebt.
3. Voldoende capaciteit is belangrijk
Een voerrobot heeft een bepaalde tijd nodig voor een voerbeurt. Daardoor heeft elke robot zijn eigen capaciteit en een maximaal aantal koeien dat hij kan voeren. Als u die maximaal benut, heeft u bij storingen snel een probleem. Doordat de robot eigenlijk continu aan het werk moet zijn om de koeien te kunnen voeren is er geen tijd om een verloren voerbeurt in te halen. Het is dus slim om een robot te nemen met een grotere capaciteit dan uw veestapel.
4. Zorg voor een goed voermengsel
Een goed gemengd rantsoen geeft de beste resultaten. Daarvoor heeft u een menger nodig met genoeg vermogen en bij voorkeur twee mixers in de kuip. Dat geeft de optimale mengbeweging. Verder dient u te zorgen voor genoeg water en tijd voor het inweken. Daar zijn nog niet alle voersystemen op ingericht. Met langere mengtijden, langer inweken of natte bijproducten kunt u de resultaten zeker verbeteren. Daarbij helpt het als u kritisch blijft kijken naar het mengresultaat. TMR Constant kan hier bij helpen.
5. Automatisch is niet vanzelf
Als u iets goed wilt doen, moet u er bovenop zitten. Dat geldt ook bij automatisch voeren. Richt de voerkeuken optimaal in, zorg dat alles goed schoon blijft en verwijder restvoer dagelijks. Als u kritisch blijft op het resultaat kunt u eenvoudig optimaliseren. Maar als u er niet bovenop zit, kunnen er fouten in sluipen. Als u bijvoorbeeld 1.0 in het systeem zet in plaats van 10 kan dat grote gevolgen hebben voor de balans van uw rantsoen. “Scherp zijn en zorgen voor de juiste invoer, dát is belangrijk”, besluit Casper Roetman, specialist Stalautomatisering bij Agrifirm.
Weten welk automatisch voersysteem bij u past en wat dat betekent voor u, uw koeien en uw bedrijf? Neem dan eens vrijblijvend contact op met de specialisten Stalautomatisering van Agrifirm. Zij helpen u graag verder.