
Nieuw melkgebouw met carrousel
Maatschap Hilhorst in het Friese Hartwerd heeft onlangs een nieuw melkgebouw in gebruik genomen. Daarin gaan de koeien via een grote wachtruimte naar een 40-stands Delaval-buitenmelker. De carrousel baadt in het licht.

Cees (55), Herman (27) en Hendrika Hilhorst (52, niet op de foto) houden in maatschap in Hartwerd (Fr.) 232 melk- en kalfkoeien. De melkveehouders hebben 108 hectare in gebruik. Het rollendjaargemiddelde is 9.855 liter, met 4,55% vet en 3,67% eiwit.

Op 1 februari namen de melkveehouders een nieuw melkgebouw in gebruik. “De aanpassing van het bestemmingsplan nam twee jaar en tien maanden”, vertelt Hendrika. “Ook al was de gemeente welwillend; ik heb me gestoord aan de trage bureaucratie”, vertelt Cees Hilhorst.

Het nieuwe melkgebouw bestaat uit twee delen: een wachtruimte en een 40-stands buitenmelker van Delaval. In het melkgedeelte komt erg veel daglicht binnen, via een lichtstraat in de nok, ramen in de voor- en zijgevels en via drie roldeuren.

Op deze luchtfoto is goed de verbinding van de ligboxenstal met het melkgebouw te zien. De koeien gaan via een brede verbindingsgang naar de wachtruimte. “Goed koeverkeer is essentieel om het melkproces goed te laten verlopen”, stelt Delaval-vertegenwoordiger Pieter van der Meulen.

De ondernemers staken veel tijd in de voorbereidingen op de nieuwbouw. Ze overwogen verschillende manieren van melken en gingen met vijf dealers om tafel. Cees: “Delaval had een compleet verhaal, met een duidelijke prijs. Vaak zie je dat allerlei extra opties de prijs opdrijven.”

Dit is de oude 2×9 visgraat waar Cees liefst 36 jaar lang in molk. Dat begon hem steeds meer tegen te staan. Het bedrijf groeide door, de dieren werden alsmaar groter en de melktijd nam verder toe, tot 12 uur per dag. “De melkstal was gewoon op”, stelt Cees.

Het bedrijfsbezoek vindt ’s middags plaats, net voor melktijd. Cees en Herman melken ’s middags om 16.30 uur. Hier is te zien hoe de eerste koeien de wachtruimte betreden. De foto’s zijn gemaakt op 11 februari, ruim anderhalve week na de ingebruikname van de melkstal.

De wachtruimte stroomt vol. Er is plaats voor 200 dieren. De 40-stands carrousel is erop gericht dat een iemand kan melken. Het opdrijfhek in de wachtruimte is aangesloten op de melkstal.

De ligboxenstal biedt plaats aan 300 stuks grootvee. Cees en Herman willen doorgroeien naar 250 melkkoeien. “We zijn zeker niet in de race om 400 koeien te melken. Het is afwachten wanneer we die 250 koeien kunnen halen. We hebben ruwvoer zat, een veilige wetenschap”, aldus Cees.

Mede dankzij twee krachtvoersoorten in de rvs-krachtvoerbakken lopen de melkkoeien vlot het platform op. Cees en Herman zijn tevreden over de eerste anderhalve week melken in de carrousel. “Het bevalt goed, al moet het wel wennen. Het werkritme is flink veranderd”, aldus Cees.

In een uur tijd draait de carrousel vier keer rond. Tijdens het melken is er geen geloei hoorbaar en er zijn nauwelijks schijtende koeien. “Dat heeft ons verbaasd”, vertelt Herman. “De dieren krijgen geen impulsen van buitenaf. Ze zijn kalm en geconcentreerd en staan heerlijk te vreten.”

Tijdens het bedrijfsbezoek is het waterkoud. Op verzoek van de fotograaf mogen de roldeuren wel even open. Links om de hoek zijn nog twee roldeuren, precies achter de plek waar de melker staat. “Wanneer je alle deuren openzet, is het net of je buiten staat te melken”, aldus Herman.

Ook op deze foto is goed te zien hoe licht de melkstal is. Linksachter op de foto zijn de twee andere roldeuren zichtbaar

Tijdens het melken blijft Herman op deze plek staan. Als vanzelf komen de koeien naar hem toe, waarna ze vervolgens weer langzaam bij hem wegdraaien. “We willen het melken alleen kunnen doen. Daar is alles op ingericht”, vertelt Herman.

Herman krijgt tijdens het melken ondersteuning van medewerker Ype Bakker. Slanggeleiders voorkomen dat de melkstellen kantelen of draaien en zorgen voor een vlotte en goede melkwinning.

Een touchscreen biedt zicht op de dieren in de carrousel. Hierop wordt alle informatie van de melkende koeien weergegeven. Attenties en bijzonderheden verschijnen automatisch op het scherm en worden ook kenbaar gemaakt door een voorgeprogrammeerde vrouwenstem.

Alle dieren hebben een transponder in hun oor. Die kosten slechts €3,50 per stuk en worden geplaatst bij het kalf. De dieractiviteit wordt gemeten via een halsband. “Ik vind het geweldig dat we kunnen profiteren van moderne computertechnieken”, vertelt Cees.

“We hebben ook serieus gedacht aan een 2×16 rapid exit-melkstal”, vertelt Herman. “Maar de capaciteit van de 40-stands buitenmelker gaf de doorslag. Het prijsverschil tussen beide melkstallen vond ik te overzien”, vertelt Cees.

Boven de koeien hangen zogenoemde doordraaibeugels (tweede ronde beugel). Wanneer een koe het melkstal aftrapt, klapt de beugel naar beneden. Dat betekent dat de koe nog een ronde moet maken, voor een complete melkgift.

De jerrycan is een tijdelijke voorziening, die de koeien tijdens de opstartperiode een extra seintje geeft om de melkstal te verlaten. Op de achtergrond staat Cees op de brug tussen de wachtruimte en het platform van de carrousel. “Na de melkbeurt blijven er nog regelmatig koeien op de brug staan. Ik wijs ze de weg terug naar de stal”, vertelt Cees.

Na de melkbeurt gaan de koeien via de brede verbindingsgang terug naar de ligboxenstal. Met het Delpro-managementprogramma kunnen de veehouders individuele dieren effectief voeren. “Werken met dit systeem moet wennen. De mogelijkheden zijn eindeloos. Vooral het automatisch separeren is een groot voordeel en bespaart veel tijd”, vertelt Cees.

Na het melken spuit Ype Bakker de carrousel schoon. Dat gaat gemakkelijk. Terwijl hij langs de stilstaande carrousel loopt, draait de waterslang met hem mee. Via meerdere afvoerputten loopt het water snel weg.

Voorafgaand aan het melken laat Cees zien hoe je in de buitenmelker komt. In een van de stands zit een deurtje, met daarachter een trapje. “Een tunnel is een dure oplossing. Je creëert bovendien een vieze doorgang, waarin het snel nat wordt”, aldus Herman.

In de put is het schoon en droog. De werkhoogte voor de monsternemer is ideaal, zo laat Herman zien.

De melkmeters werken op basis van infraroodtechniek. Ze detecteren onder meer bloedsporen in de melk, geleidbaarheid, aftrappen en leklucht. De doorstroommeters hebben geen beweegbare delen en zijn vrij van onderhoud. Naast de melkstal leverde Delaval ook de nieuwe melktank, de negen nieuwe voerstations, de selectiepoort en het opdrijfhek.